133
1. het Delftse Hoger Onderwijs,
2. de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat,
3. de K.L.M.,
4. Kadaster en Ruilverkaveling,
5. de B.P.M.,
6. de Topografische Dienst,
7. het Wageningse Hoger Onderwijs.
De wnd. voorzitter stelt de vergadering de vraag of men deze op
stelling te omvangrijk acht dan wel haar voor uitbreiding vatbaar acht. Ten
aanzien van het Kadaster was het b.v. tot nu toe gewoonte dit te doen
vertegenwoordigen zowel door een I.V. als door een landmeter. Het Bestuur
meent dat één persoon voldoende is, terwijl wat b.v. de groep landmeters
van de Ruilverkaveling betreft, naar het oordeel van het Bestuur, met een
landmeter ook bedoelde groep reeds als vertegenwoordigd kan worden be
schouwd.
Thans wat de personen betreft: Prof. Schermerhorn kan niet langer als
voorzitter optreden, en ook enkele andere leden van het huidige bestuur
kunnen wegens drukke beroepsbezigheden of om andere redenen bijzondere
functies in het Bestuur niet langer vervullen.
Prof. Schermerhorn had zich Prof. Roelofs als voorzitter gedacht, waarop
de heer Roelofs een tegenvoorstel heeft gedaan, nl. als voorzitter Ir. Scherp-
bier aan te zoeken, waarbij Prof. Roelofs bereid bleek als secretaris op te
treden.
Op grond van verdere polsingen kan het Bestuur de vergadering het
volgende voorstel voorleggen:
voorzitter: Ir B. Scherpbier (B.P.M.).
secretaris: Prof. R. Roelofs (Delfts H.O.),
penningmeester: de heer A. Govers ("Kadaster en Ruilverkaveling),
overige leden:
Wag. Hoger Onderwijs; Prof A. Kruidhof,
Meetk. Dienst R. W.: de heer J. G. Fortuin,
K.L.M.: de heer J. M. Corsten,
Top. Dienst: de heer A. van Hengel.
Prof. Kruidhof merkt nog op, dat wij Prof. Edelman voor ons Be
stuur hebben aangezocht als vertegenwoordiger van Wageningen, doch dat
deze wegens beroepsbezigheden (rector-magnificus) onvoldoende tijd heeft,
weshalve de heer Kruidhof bereid is als vanouds Wageningen te blijven
representeren.
De vergadering acht op dit voorstel geen schriftelijke stemming nodig en
verklaart zich bij acclamatie accoord.
RONDVRAAG.
Ter sprake komt een brief van de Société Internationale met de mede
deling, dat men alle contributievorderingen uit de oorlogsjaren heeft ge
schrapt, maar dat betaling der contributies wordt verzocht met inqanq van
1 Januari 1946.
Het congres zal te Amsterdam worden gehouden, echter niet vóór 1948.
Het thans aftredend bestuur heeft hier nog weinig aan gedaan; hier ligt
een mooie taak voor het nieuwe Bestuur. De wnd. voorzitter besluit
deze opmerking met een woord van dank aan de scheidende bestuursleden
voor hun rustig beheer in een tijd die veelbewogen was, als gevolg van
de omstandigheden echter niet op fotogrammetrisch gebied.
Vervolgens vraagt de heer Heines de aandacht voor zijn encyclopedie.
Een commissie voor terminologie in de fotogrammetrie was reeds vóór de
oorlog benoemd: Heines-Iwema-Bramlage. De heer Iwema ging naar het
buitenland en de heer Bramlage had geen tijd. De overblijvende heer Heines
kreeg steun van een lid, die reeds een woordenlijst had samengesteld: De
Koningh Jr. Omstreeks 1942 werd ingesteld de Centrale Taalcommissie voor
de Techniek, met subcommissies voor verschillende vakken. Voor fotogram
metrie: Schermerhorn-Schepers-Heines. Een lijst zag het licht tijdens de
oorlog en werd aan onze leden toegezonden. Toch acht de heer Heines dit
resultaat nog vrij negatief: men moet meer positief werken en zich niet be-