189
Mr J.H.Jo n a s, Hypotheekbewaarder, Lector
aan de Technische Hogeschool, Rotterdam:
Eigendom van appartementen
Bij Koninklijke Boodschap van 15 April 1947 is bij de Staten-Gene-
raal ingediend een Ontwerp van Wet houdende voorzieningen betref
fende de eigendom van appartementen.
Uiteraard verheugt het ons zeer, dat men eindelijk voor deze
materie een regeling in ons recht zal opnemen. Al hebben wij reeds
enige malen betoogd (dit Tijdschrift, jaargang 1936 blz. 83, 1941
biz. 36) dat en waarom in ons bestaande rechtssysteem de eigendom
van appartementen mogelijk zou zijn, toch lieten we voldoende uit
komen hoezeer het nodig zou zijn een aantal voorschriften te geven
om de vele kwesties, die zich hierbij kunnen voordoen, tot een op
lossing te brengen. Zoals bekend was en uit de Memorie van Toelich
ting blijkt, heeft men Prof. Beekhuis uit Groningen aangezocht
een aantal wetsbepalingen te formuleren om dit instituut de juiste
plaats in ons recht te geven. Dat ook Prof. Scholten en Mr
Schepel hun medewerking verleenden waarborgt te meer, dat het
resultaat goed moet zijn. Het Ontwerp met de Memorie van Toe
lichting ligt thans voor ons en vraagt bij onze lezers te worden in
geleid.
Daartoe laten we hier eerst volgen de tekst van de nieuwe wets
artikelen zoals ze worden voorgesteld. In de He Titel van het Tweede
Boek B.W. wordt een nieuwe tweede afdeling ingelast bestaande uit
de artikelen 638a tot en met Ó38r.
Van eigendom van appartementen.
Art. 6380. De eigenaar van een gebouw is bevoegd den eigendom
te verdeelen in eigendom van appartementen.
Onder appartement wordt verstaan een gedeelte van een gebouw,
dat blijkens bouw of inrichting bestemd is om als afzonderlijk geheel
te worden gebruikt, benevens een evenredig aandeel in de gemeen
schappelijke zaken.
Tot de gemeenschappelijke zaken worden gerekend:
i°. De gedeelten van het gebouw en deszelfs toebehooren, die niet
tot uitsluitend gebruik van den eigenaar van een bepaald appartement
zijn bestemd
2°. De in de eigendomsverdeeling betrokken grond en deszelfs
toebehooren of een daarop rustend recht van erfpacht of opstal
30. Het fonds, bedoeld in artikel 638(7, tweede lid, onder i°.
Art. 638b. De verdeeling in appartementen moet geschieden bij
notarieele akte, welke moet worden overgeschreven in de daartoe
bestemde openbare registers.
Na de overschrijving wordt ieder appartement als een zelfstandige
onroerende zaak beschouwd.