19
Literatuuroverzicht.
1Botkbeoordeeling.
E. Daubresse, Doctor in de wis- en natuurkunde, Inspecteur
van het Belgisch Kadaster. Topografie van de groote opmetin
gen en algemeene plans. Vertaald door M. C. N o 11 e en E. L.
Wuy ts. Eerste boek 335 blz., tweede boek 511 blz,, 13 X 21 cm,
Brussel 1941 en 1942. Prijs (bij den schrijver) 150 frs. plus porto.
De ontvangst van dit werk was mij een verrassing; het was mij niet bekend,
dat in onze taal een landmeetkundig leerboek van dezen omvang bestond.
In het kort geef ik den inhoud weer:
EERSTE BOEK. Algemeene begrippen. Studie van de instrumenten. Veldwerk.
Eerste deel. Elementaire topografie.
Algemeene begrippen. Practische begrippen over de foutentheorie. Landmeten
(projectieleer, topografische en kadastrale grondbegrippen, werkmethoden).
Tweede deel. Topografie.
Horizontale hoeken. Hoekmeetinstrumenten voor het meten van horizontale hoe
ken. Verticale hoeken en meetinstrumenten. Opmetingsmethoden met den gonio
meter. Algemeene metingsmethode.
TWEEDE BOEK. Algemeene Rijksdriehoeksmeting. Topografische berekenin
gen. Waterpassen.
Derde deel. Topografische berekeningen.
Wiskundige grondslag der werken (referentievlak, projectiesystemen). Driehoeks
meting. Methode der kleinste kwadraten. Berekeningen. Gelijktijdige berekening
van verscheidene punten (locale driehoeksmeting, aansluiting, veelhoeksmeting).
Practische uitvoering. Over het teekenen.
Vierde deel. Complement der topografie.
Magnetische oriënteering. Afleesinrichtingen. Topografisch planchet. Probleem
van fle twee punten (Hansen). Tachymeter en afstandsmeters. Hoogtemeting.
Appendix (rekenlinialen, planimeter, projectievervormingen).
Zonder aanmatiging weten wij in Nederland wel, dat bij ons, door welke oor
zaken en omstandigheden dan ook, de landmeetkunde en de kadastrale toepassing,
een voorsprong hebben op die in België. Ik zou dit gaarne anders zien, ik zou
het prettig vinden, als onze beide landen, die van oorsprong op denzelfden kadas-
tralen wortel stoelen, op voet van gelijkheid onze studieresultaten en ervaringen
konden uitwisselen.
In dit werk van den heer Daubresse zie ik een ernstige poging, de landmeet
kundige kennis van onze Belgische kadastrale collega's op een hooger niveau
te brengen, en daarom juich ik de verschijning toe, niettegenstaande het feit dat
het ons Nederlanders niet zal kunnen bevredigen. Ziet men, dat dit leerboek alles
wil geven, de hoogere en de lagere geodesie en de kadastrale techniek, de me
thode der kleinste kwadraten incluis, dan begrijpt men wel dat, ondanks het
groote aantal bladzijden, alle onderwerpen toch te beknopt, te onvolledig, te
weinig verantwoord zijn behandeld. Ik vraag mij af, of de schrijver niet te veel
onder Franschen invloed heeft gestaan en te weinig van de Nederlandsche lite
ratuur heeft kennis genomen. Wel vind ik onze H.T.W. in een literatuuropgave
vermeld, maar in den tekst is daar weinig van terug te vinden. Ik zou de aandacht
van den schrijver willen vestigen op het inmiddels verschenen omvangrijke Leer
boek der Landmeetkunde door Schermerhorn en Van Steenis (dat slechts de lagere
'geodesie behandelt) en, zonder onbescheiden te willen zijn, voor de eenvoudige
berekeningen en de grondslagen daarvan, op het onlangs verschenen werkje van
mijn hand.
Toch kan het voorliggende werk een uitstekend begin zijn, waaruit bij een