197 van het gebouw zetten „opgave". Immers daarmede bedoelt men, dat moet worden aangegeven de straat en het huisnummer, c.q. de ge meente waarin het gebouw te vinden is. Terwijl „kadastrale aandui ding" een bepaald begrip is dat ook elders dikwijls in de wetgeving wordt gebruikt. De grond waarop het gebouw zal worden gesticht behoort volgens art. 638kadastraal te worden aangeduid. Dit is een voorschrift dat spoedig moge worden gevolgd door gelijke aanvullingen in art. 671 en andere bij de levering van zakelijke rechten in het algemeen, zoals we nu in het B.W. alleen nog maar kennen voor het hypotheekrecht. Het komt ons gewenst voor, dat op de bekende wijze hetzij vóór of terstond nadat de verdelingsakte is overgeschreven, een meting plaats vindt om te zorgen dat het complex appartementen, dat in even- zovele eigendomspercelen uiteenvalt als er appartementen zijn, één kadastraal nummer draagt. Niet alleen worden daardoor toekomstige kwesties over de begrenzing van het complex (waarbij dan alle appar tementseigenaren betrokken worden) vrijwel voorkomen, maar ook voor de administratie in de openbare registers ten hypotheekkantore zal dit nodig zijn, evenals voor de dienst der grondbelasting. Die administratie kan dan vrij eenvoudig worden opgezet zoals we reeds aangaven in het bovengeciteerde artikel in dit Tijdschrift jaar gang 1936. We stellen ons voor, dat in de akte van art. 638onder 2 'bij de nauwkeurige omschrijving der appartementen een nummering van die woningen zal voorkomen. Deze zinsnede van het artikel zou kunnen worden aangevuld met de woorden„met een volgnummer voor elk appartement". Zodat in latere akten en borderellen de ver eiste kadastrale aanduiding b.v. zal kunnen luidenappartement nr 5 met toebehoren, kadastraal bekend als een gedeelte van het perceel gemeente x sectie y nummer z. Dan is voor alle ons bekende wets voorschriften een voldoende kadastrale aanduiding gevonden, die scherp genoeg is om verwarring te voorkomen. Vooral ook omdat de ontwerpers de bepalingen zo hebben geformuleerd, dat er sprake is van eigendom van het afzonderlijke appartement met een onafscheide lijk daaraan verbonden mede-eigendom voor een evenredig aandeel in de gemeenschappelijke zaken, van welke laatste geen scheiding en deling kan worden verkregen. Hiermede gaan wij in tegen hetgeen onder 7 te vinden is in een adres van de Broederschap der Notarissen over het Ontwerp aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal (dat we aan het slot afdruk ken), waarin wordt betoogd, dat het nodig is elk appartement een afzonderlijk kadastraal nummer te geven. In het meer geciteerde arti kel beschreven wij, hoe het anders kan zonder grote wijziging van de dienstvoorschriften, terwijl men dan het voordeel krijgt dat alles wat op een bepaald complex appartementen, verdeeld bij één akte, betrek king heeft, ook administratief steeds bij elkaar is gehouden. Hoewel in het ontwerp bewust is afgeweken van de oude Franse opvatting van een aantal individuele eigendomsrechten op en naast elkaar geplaatst en over en weer belast met een aantal servituten om het gebruik van kelders, gangen en trappen, zolders en andere

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1947 | | pagina 203