200
terzake iets te bepalen. We zouden willen voorstellen dit artikel, na
eerst het nieuwe eerste lid bovenbedoeld eraan te hebben toegevoegd,
te laten vervolgen met: lid 2. Onder gebouw wordt verstaan een
bouwwerk dat geheel gereed is om in gebruik te worden genomen en
waarvoor de gebruiksvergunning door het betrokken bouw- en
woningtoezicht is afgegeven. Deze vergunning moet in de akte van
verdeling worden opgenomen of aangehaald.
Onder appartementen wordt verstaan enz. (als ontwerp).
Hiermede moeten we deze beschouwingen besluiten onder opmer
king, dat de tijd te kort is geweest om het ontwerp grondig te bestu
deren, en onder opwekking van onze lezers hun gedachten over deze
nieuwe belangrijke rechtsstof te laten gaan en hun bevindingen even
eens te publiceren om deze materie van alle kanten te belichten. Het
juist verschenen' adres van de Broederschap van Notarissen laten
we daarom tot slot in zijn geheel nog volgen ter verdieping van de
gedachten over deze verdiepingseigendom.
ADRES OVER HET WETSONTWERP INZAKE
APPARTEMENTEN
Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
Het Dagelijks Bestuur van de Broederschap der Notarissen in Ne
derland heeft met grote belangstelling kennis genomen van het bij
Uwe Kamer ingediende ontwerp van wet, houdende voorzieningen
betreffende eigendom van appartementen (Zitting 1946-1947, nr 451).
Het Dagelijks Bestuur meent, dat nu te verwachten is, dat in de
toekomst o.a. te Rotterdam, de flatbouw meer dan tot dusver voor
de voorziening in de woningbouw gekozen zal worden, een wettelijke
regeling als in het ontwerp vervat, alleszins op haar plaats is. Met
de indiening daarvan betuigt het Dagelijks Bestuur dan ook gaarne
zijn instemming, terwijl het van oordeel is, dat de uitwerking in het
algemeen waardering verdient.
In het voorschrift, dat de verdeling bij notariële akte moet ge
schieden, ziet het Dagelijks Bestuur de zijnerzijds op prijs gestelde
erkenning, dat het regelen der rechtsverhoudingen t.a.v. onroerend
goed specifiek tot de taak van de notaris behoort. Het acht het voorts
juist gezien, dat het zwaartepunt der regeling in het reglement is
gelegd en dat aan belanghebbenden daarbij grote vrijheid is gelaten,
waardoor dit instituut naar gelang van de behoeften van de praktijk
zich kan ontwikkelen.
Het Dagelijks Bestuur veroorlooft zich de volgende opmerkingen
over het wetsontwerp te maken met het eerbiedig verzoek daaraan
Uw aandacht te willen schenken.
1. De Memorie van Toelichting zou de indruk kunnen geven alsof,
nadat het ontwerp wet zal zijn geworden, horizontale scheiding van
eigendom slechts overeenkomstig de nieuwe wet mogelijk zou zijn.
De mogelijkheid van horizontale scheiding van eigendom behoeft
echter niet door de wetgever geschapen te worden. Naar de leer van