251 In dit K.B. werd een ruime taakomschrijving van het Kadaster neer gelegd. De Commissie gaf ook haar mening te kennen over coördinatie door centralisatie in de kartografie in Nederland en beval de instel ling van een interdepartementale overkoepelingsraad op landmeet kundig gebied in overweging aan. Vervolgens gaf de commissie een schema van de organisatie van de Rijksdienst van het Kadaster en deelde de stof in de volgende punten in a. Hoofdbestuur, b. takken van dienst, c. indeling in divisies en bureaux, d. personeel. In Augustus 1947 volgde de publicatie van het slot van het tweede deel van het rapport in het Tijdschrift voor Kadaster en Landmeet kunde. De commissie behandelde hierin 1. Vernieuwing van het Kadaster (met ontwerp-hermetingswet) 2. Kadasterwet. 3. Bijhouding van het Kadaster. 4. Overdracht van cultuurpercelen. In November 1946 werd te Utrecht een Buitengewone Algemene Vergadering belegd welke hoofdzakelijk gewijd was aan de bespre king van de toen reeds verschenen gedeelten van het rapport der Studiecommissie. De Vergadering machtigde het Bestuur om in de geest van het rapport actie te voeren. Reeds vele jaren had onze Vereniging gepleit voor een zelfstandige dienst van het Kadaster onder centrale deskundige leiding. Onmiddel lijk na de bevrijding werd aan het Ministerie van Financiën opnieuw de wenselijkheid hiervan door het Bes'.uur betoogdwaarbij het eerste deel van het rapport van de studiecommissie alsmede het eerste ge deelte van het tweede deel ter lezing werden aangeboden. Een oude wens van onze Vereniging ging op 8 April 1947 ten dele in vervulling door de beschikking van de Minister van Financiën waarbij met 1 Mei 1947 een afdeling Kadaster en Hypotheken werd ingesteld, deel uitmakend van de Dienst der Belastingen en staande onder leiding van de Directeur-Generaal der Belastingen. Als Hoofd van deze Afdeling werd aangewezen de Inspecteur van de Hypotheken en het Kadaster, de Heer W. F. Stoorvogel. Aan deze ontwikkeling werd in dit verslag veel plaats ingeruimd omdat hei belang van het Kadaster en daarmede de mogelijkheid om de samenleving datgene te kunnen geven waarop zij recht heeft, ten nauwste samenhangt met de plaats welke het Kadaster inneemt en de wijze waarop dit dienstvak wordt geleid. Aan Zijne Excellentie de Minister-President werd een request ge zonden houdende een verzoek om kennis te mogen nemen van het door Prof. J. M. Tiens'.ra samengestelde rapport over de mogelijk-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1947 | | pagina 257