89
en uitgerust met moderne mechanische en andere technische hulpmiddelen voor
wiskundige berekeningen;
5. het bevorderen van de gelegenheid voor binnen- en buitenlandsche mathe
matici en beoefenaren der aangrenzende gebieden, het Mathematisch Centrum
te bezoeken, teneinde aan de daar gehouden besprekingen deel te nemen en van
de hulpmiddelen van het Instituut gebruik te maken;
6. het uitgeven of ondersteunen van wiskundige publicaties;
7. het doen uitvoeren, zoowel door personeel der Stichting als ook door
andere binnen- en buitenlandsche mathematici van wiskundige onderzoekingen,
zij het op eigen initiatief, zij het op verzoek van derden;
8. het doen houden van cursussen en voordrachten, zoowel voor wiskundigen
als ook voor beoefenaren der aangrenzende gebieden;
9. het geven van leiding aan het werk van jonge wiskundigen;
10. het bevorderen van de mogelijkheden voor jonge Nederlandsche wiskun
digen, andere centra van wiskundige werkzaamheid voor korteren of langeren
tijd te bezoeken;
11. het bevorderen van de mogelijkheden voor begaafde mathematici zich aan
wiskundig werk te wijden; i
12. alle andere wettige middelen die den bloei der zuivere of toegepaste wis
kunde kunnen bevorderen.
Een dergelijke opzet vereischt uiteraard grondige voorbereiding. Op diverse
punten kunnen daarom eerst thans definitieve mededeelingen worden gedaan; op
andere punten zullen later nog mededeelingen volgen.
Zoowel wat de ideëele als wat de financieele zijde betreft, heeft het M.C. de
volle medewerking van het Rijk en van de Gemeente Amsterdam. De materieele
basis voor het M.C. is thans aanwezig, al spreekt het vanzelf dat strikte zuinig
heid in acht dient te worden genomen. Door de hulp der Gemeente krijgt het
M.C. de beschikking over een eigen gebouw. Voorloopig betrekt het eenige
kamers in de Nieuwe Kerkstraat 124. De bedoeling is, dat geleidelijk aan meer
kamers en collegezalen in gebruik worden genomen in het gebouw Nieuwe Kerk
straat 124126, tenzij zich onderwijl een nog geschikter zetel voor het M.C.
mocht voordoen.
Op 8 October 1946 is het Curatorium opgetreden, waaraan de belangen der
Stichting in den ruimsten zin ter behartiging zijn toevertrouwd. Het bestaat uit:
Prof. Dr J. Clay (voorzitter)
Prol. Dr J. A. Schouten (secretaris)
Dr G. Bolkestein (vertegenwoordiger dér Regeering),
Mr A. de Roos, Wethouder van Amsterdam (vertegenwoordiger van het
Gemeentebestuur)
Prof. Dr C. B. B i e z e n o,
Prof. Dr W. J. D. van D ij c k.
Prof. Dr B. van der Pol,
Prof. Dr G. J. S i z o o,
Prof. Dr J. Th. Thysse,
Prof. Dr S. M. V e r r ij n Stuart.
Dit Curatorium heeft een Raad van Beheer aangesteld, die met de dagelijksche
leiding is belast en tot taak heeft de bovengenoemde projecten naar beste kunnen
te doen verwezenlijken.
Deze Raad bestaat uit:
Prof. Dr J. G. van der Corput, voorzitter, tevens directeur van het Ma
thematisch Centrum, Gabriel Metsustraat 22, Amsterdam,
Prof. Dr J. F. Koksma, secretaris, Dintelstraat 122, Amsterdam,
Prof. Dr D. van Dantzig,
Prof. Dr B. L. van der Waerden.
Een der eerste besluiten van het Curatorium behelsde verder de oprichting van
een Raad van Bijstand, waarin in eerste instantie zooveel mogelijk zijn opgenotnen
de hoogleeraren en lectoren in de Wiskunde aan de Nederlandsche Universitei
ten en Hoogescholen, doch bovendien ook vertegenwoordigers van de theoreti
sche physica, de astronomie en andere exacte vakken, die zich bij hun onder
zoekingen met specifiek wiskundige problemen bezighouden. Op de leden van
dezen Raad zal een beroep worden gedaan als het gaat om wetenschappelijke
adviezen, het houden van voordrachten, het geven van cursussen, het bijwonen