118 De eerste is wel, dat het verzoek een bewijs van belangstelling in en samenhorigheid met de collega's overzee inhield, hetgeen Uwe collega's zeer op prijs zullen stellen. De tweede is, dat ik elke gelegenheid om in de juiste kringen over ons vak te praten, altijd gaarne aangrijp. Dit is niet alleen vakenthou- siasme. Ik doe dit omdat ik overtuigd ben, dat men van gedachten- wisseling met vaklieden en zelfs met leken, altijd iets opsteekt dat de blik verruimt en dat zij altijd de wederzijdse waardering bevordert. Mijne Heren. Ook het N.I. Kadaster is een openbare instelling, waarvan het doel is de tabellarische beschrijving van de grondeigendom en de daarop rustende zakelijke rechten, met behulp van registers en kaarten. Indien de ontwikkeling ginds anders was dan hier, dan is dit niet omdat er andere rechten geregistreerd worden dan U uit het B.W. kent. De registratie van inheemse rechten op grond valt nl. wettelijk niet onder het Kadaster. Onze ontwikkeling was anders omdat men volgens een ander systeem begon dan in Europa. En het merkwaardige van dit waarschijnlijk autodidactisch systeem is, dat het zijn tijd ver vooruit was. Indien het dan al door een leek ontworpen zou zijn, dan blijft het een feit dat het van een diep en juist inzicht omtrent grond- registratie getuigde en van het vermogen tot aanpassing aan bijzondere omstandigheden. De eerste daadwerkelijke kadastrale opzet, i.e. de landmeters instructie, dateert van 1837 (Stbld. nr 3) en zij houdt oorzakelijk verband met de overschrijvingsordonnantie van 1834 (Stbld. nr 27) en de verpondingsordonnantie van 1823 (Stbld. nr 5). Die opzet was een uitgesproken eigendomsk-ddaster te vestigen, met speciale voor zieningen ten behoeve van de fiscus. Wie Uwer de artikelen van de grote I. Boer Hzn. en de conclusies van het Congres in Rome bestu deerd heeft, zal kunnen onderschrijven, dat men inderdaad zijn tijd ver vooruit was, door meer dan een eeuw geleden een opzet te kiezen, alsof het een rechtsgeldig kadaster betrof. De kern der registratie werd gevormd door een „blokregister", waarin het titelperceel onder een volgnummer (verpondingsnummer genaamd, omdat de verpondingsordonnantie het eigendomsperceel be lastbaar stelde) werd beschreven en een „meetbriefregister", waarin het object der gerechtelijke akte, o.a. met een kaart, nader omschreven en genummerd werd. Uiteraard werden de meetbriefpercelen ook op een plan, „blokkaart" genoemd, ondergebracht. U zult zich afvragenwaarom twee van die registers voor die objecten der gerechtelijke akten? Waarom buiten het plan, die blok kaart, nog een meetbrief met een aparte kaart? De verklaring ligt in de bijzondere omstandigheden daar te lande. Eigendom en andere zgn. Westerse rechten, ontstaan er elke dag en de verleiding is sterk U wat meer over onze Agrarische Wetgeving te vertellen. Ik moet op dit punt volstaan met de mededeling dat deze erop gericht is, de depossedatie van het inheemse grondbezit te voorkomen. Ik hoop in Uw tijdschrift eerlang iets meer te vertellen over dit complex van.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1948 | | pagina 118