135
Het is ons bekend, dat Uwe Excellentie aan verschillende Ver
enigingen adviezen heeft gevraagd over de aard en betekenis der
openbare registers, enz.
Daar de leden van onze Vereniging dagelijks met de vraagstukken
betreffende de zakelijke rechten op de grond, de titels van aankomst,
de boeking in de openbare registers en de bijhouding van de overige
registers en leggers, uit de aard van hun ambtelijke werkkring in
aanraking komen, menen wij niet te mogen nalaten U ongevraagd de
navolgende beschouwingen ter lezing aan te bieden.
Inleiding.
Het hier te lande geldende onvolledig-negatieve stelsel van open
baarheid van de ■Pechten op onroerend goed is sedert zijn invoering in
1838 geheel ingeburgerd.
Zonder nader in te gaan op juridische geschilpunten zijn wij uit
practische overwegingen van mening, dat men een bestaand hypothe
cair stelsel slechts dan geheel door een ander dient te vervangen als
aan het bestaande stelsel zo grote fouten en gebreken kleven, dat het
rechtsverkeer betreffende het onroerend goed daarvan grote hinder
ondervindt en men zeker weet, dat het nieuwe stelsel grotere rechts
zekerheid biedt en bovendien economisch verantwoord is.
Nu tot nog toe uit de samenleving geen roep klinkt, die gebiedend
vraagt om een ander stelsel, nu een behoorlijke rechtszekerheid ten
aanzien van de zakelijke rechten op onroerend goed in ons land
bestaat en het publiek vertrouwt op het stelsel, is het naar onze mening
thans slechts nodig om te trachten binnen het kader van het negatieve
stelsel verbeteringen aan te brengen.
Zonder dus een positief stelsel af te wijzen, menen wij dat door
verbetering van het negatieve stelsel reeds veel te bereiken valt en dat
deze verbetering er toe kan leiden dat desgewenst te gelegenertijd op
eenvoudiger wijze tot een meer positief stelsel of een negatief stelsel
met een positieve inslag, door bescherming van derden-verkrijgers te
goeder trouw in sommige gevallen kan worden overgegaan.
Verplichte aanduiding van de onroerende goederen in alle akten van
overdracht enz. door hun kadastrale kenmerken. Toekenning van
wettelijk vermoeden aan de kadastrale grenzen.
1. Een goed titelonderzoek en een juiste bijhouding van de hypothe
caire en kadastrale administratie is slechts mogelijk als de rechts-
objecten, in casu de onroerende goederen, bij overdracht, enz. in de
akte worden aangeduid door de kadastrale kenmerken.
Door de Wet van 16 Juni 1832, later door die van 9 Juli 1842 op
het Notarisambt, werden de notarissen verplicht in hun akten onroe
rende goederen met hun kadastrale kenmerken aan te duiden. In
1838 trad artikel 1219 B.W. in werking, dat voor de vestiging van
hypotheek voorschrijft dat het verbonden goed eveneens met zijn
kadastrale kenmerken moet worden aangegeven. Let men hierbij op