151 reeds genoemde opheffings- en instellingsmaatregelen, voorschriften bevatten omtrent samenstelling en secretariaat van beide coördinatie instituten, waarbij in grote lijnen de bepalingen van het oorspronke lijke ontwerp gevolgd zijn. Aan het besluit is „gehecht" een „Reglement voor de Coördinatie van het M. en K. wezen in N.I.", dat verdeeld is in 5 hoofdstukken, die tot hoofd dragen„Algemene bepalingen", „Van de Raad", „Van het Directorium", „Van de Diensten" en „Overgangs- en slotbepa lingen". We zien hier een grote analogie met het eerste ontwerp, doch missen het hoofdstuk „Van het Geodetisch Instituut". Welke de beweeg redenen zijn geweest dit hoofdstuk weg te laten, is uit het product van wetgeving zelf niet op te makenwe kunnen er slechts naar gissen. In dit verband zij erop gewezen, dat het jammer mag heten, dat de onderhavige regeling bij besluit is vastgesteld en niet bij ordonnantie. In het laatste geval toch zou ook de buitenstaander door middel van considerans en memorie van toelichting zich op de hoogte hebben kunnen stellen van de leidende gedachten, die bij de wetgever hebben voorgezeten. Weliswaar zijn deze neergelegd in de aanbiedingsbrief van de betrokken departementschef aan de Regering (de brief waarbij het ontwerp aan de Regering ter goedkeuring wordt aangeboden), doch dit stuk is intern-departementaal en derhalve, ook al mocht men er inzage van kunnen krijgen, weinig geschikt voor openbare discussie. De wetgever is het niet euvel te duiden, dat hij de besluitvorm koos, daar hij niet te kiezen hadde materie leent zich uitsluitend voor op neming in een besluit en niet tot algemeen bindend verklaring bij ordonnantie. Zo komt het, dat slechts zij die aan de totstandkoming hebben mee gewerkt, tot volledig oordelen bevoegd zijn en dat de anderen zich in vele gevallen voor „vragen" geplaatst zien. Hoe dit overigens ook zij, het wil ons voorkomen, dat door elimi nering van het hoofdstuk betreffende het Geodetisch Instituut, tevens een der kernpunten van het coördinatieprogramma is weggevallen. Behoudens enige in hoofdzaak wet-technische wijzigingen in ver band met het niet regelen van de positie van het Geod. Inst. en het overhevelen van een reeks administratieve bepalingen van het Regle ment naar het eigenlijke Besluit (de 13 artikelen), vertonen de meeste hoofdstukken grote overeenkomst met de gelijknamige van het eerste ontwerp. Een uitzondering daarop vormt het 3e hoofdstuk „Van het Directorium". Alweer om redenen die we niet kennen, is er van afge zien naast het Reglement een Instructie van het Directorium vast te stellen. Instede daarvan is in hoofdstuk II „Van de Raad" bepaald (art. 6) dat de Raad met inachtneming van het bepaalde bij art. 10 een instructie voor het Directorium vaststelt en op de naleving daarvan een algemeen toezicht uitoefent. Bedoeld art. 10, het eerste artikel van het hoofdstuk „Van het Directorium", geeft een taakomschrijving van het Directorium en kan

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1948 | | pagina 151