249 Tenslotte stelt de Commissie voor, dat zeer binnenkort door de C.G.A. een brochure over het onderwerp wordt uitgegeven. Aangetekend wordt dat enkele van de behandelde problemen ook in Nederland aan de orde zijn, te weten 1) De wenselijkheid tot wijziging van de ruilverkavelingswet 1938 in die zin dat een betere en verdergaande regeling van de pachtrechten mogelijk wordt, opdat ook de gebruiksindeling bij een ruilverka veling zonodig dwingend verbeterd kan worden. 2) De overweging van een aparte wettelijke regeling voor de „ge- bruiksruil" van de grond, die in afwachting van de meeromvattende en kostbaardere ruilverkaveling in bepaalde gebieden sneller resul taten oplevert. Door de Minister van Landbouw werd op deze mogelijkheid reeds gewezen bij de installatie van de Pachtcommissie. Ook in het voorlopig verslag van de landbouwbegroting 1948 wordt op een dergelijke regeling gewezen. In „De Landbode" van 8 en 15 Mei 1948 is een interessant artikel gewijd aan de „Gebruiksruil". Op basis van vrijwilligheid kwamen op kleine schaal reeds enige gebruiksruil-procedures al of niet gepaard gaande met een een voudige herverkaveling tot stand. 3) Versobering, vereenvoudiging en modernisering (luchtfotogram- metrie) van de werkwijzen om tot een snellere procedure te komen. 4) Ook in ons land dreigt een tekort aan landmeters te ontstaan. Journal des Géomètres-Experts et Topographes F r a n q a i s, 1948 blz. 53R. Danger. Ruilverkavelingsconcours. Met medewerking van de Directie van de „Génie Rural", de „Con- fédération Générale de l'Agriculture" en de „Ordre des Géomètres" werd in 1947 in Frankrijk een ruilverkavelingswedstrijd gehouden. Ingezonden moesten worden de uitkomsten van ruilverkavelingen, uitgevoerd overeenkomstig de wet van 1941, en waarvan de inge bruikneming van nieuwe kavels had plaats gevonden. Deze uitkomsten waren samengevat op kaarten met de oude en met de nieuwe toestand van eigendom en van gebruik, schattings- kaarten en in een rapport van het werk. Door een zevental „Géomètres-Experts" werden dossiers ingezon den betreffende elf blokken. De jury kende prijzen toe van 1000 tot 10 OOO fr. Naar aanleiding van het onderzoek der dossiers worden een aantal nuttige opmerkingen vermeld De stelling, dat de landmeters naar hun voorkeur bijzondere aan dacht zouden besteden aan het topografische deel van het werk, bleek onjuist te zijn. Bij het traceren van de wegen was te veel rekening gehouden met de goede vorm van de nieuwe kavels („dambord"), terwijl de planologische eisen verbinding tussen wooncentra e.a. primair behoren te zijn. De naaste omgeving van gebouwen en dorpen moet niet buiten

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1948 | | pagina 259