44 iBesprekingen Lv.m. het lidmaatschap der Internationale Land meters-Federatie. De Voorzitter memoreert dat de Fransen de I.L.F. weer op gang brengen. In October 1946 heeft de heer H. Vermeulen onze Vereniging op de bijeenkomst van het Permanent Comité te Dijon Vertegenwoordigd. Spr. vraagt of de heer Heines bereid is enige inlichtingen te verstrekken. De heer Heines deelt mede, dat op de bijeenkomst van het P.C., die werd gehouden te Parijs in April I947> besloten werd de Luxem burgse landmeters als lid van de I.L.F. op te nemen. Op deze bijeen komst waren 12 landen vertegenwoordigd. Het laatste congres werd voor de oorlog te Rome gehouden. In 1949 zal een congres bijeengeroepen worden in Zwitserland. De archieven van de Italiaanse vertegenwoordigers zijn naar Zwitserland overgebracht. Het P.C. vergadert in 1948 te Stockholm. Het kasgeld van de I.L.F. bedroeg 9000 It. lires. Besloten werd de contributie te handhaven op 50 Zw. francs per vereniging en 25 centimes per lid. De contributie over 1945 en 1946 zal tegemoet gezien worden. De Voorzitter dankt de heer Heines voor zijn uiteenzetting. De I.L.F. wordt blijkbaar weer opgebouwd. Ook onze Vereniging dient in Stockholm vertegenwoordigd te zijn als de financiën dit toe laten. De heer H e n k e 1 zag het volgende congres gaarne in Nederland gehouden. Dit zal financiële offers vragen. Daarom zal het van wijs beleid getuigen indien wij tijdig hiervoor gaan sparen. De heer G o v e r s deelt mede, dat het Internationale Congres voor Fotogrammetrie in 1948 te Amsterdam wordt gehouden. Vele leden van K. en L. zijn tevens lid van de Vereniging voor Fotogrammetrie en deze zouden dan tweemaal in de kosten bijdragen. De Voorzitter zegt nadere overweging toe. j. Bespreking van het laatste gedeelte van het rapport van de studiecommissie voor reorganisatie van de kadastrale dienst, ingesteld door het Bestuur van onze Vereniging (zie Tijdschrift 1947 blz. i4S)- De Voorzitter leidt dit punt ongeveer als volgt in Toen het Bestuur de agenda van de vergadering opmaakte, was het rapport in eerste instantie bestudeerd en waren er bij het Bestuur en in de afdelingen geen principiële bezwaren gerezen. Wij besloten dan ook aan de Minister van Justitie en aan Prof. Meijers enige wensen kenbaar te maken i.v.m. de opdracht aan laatstgenoemde om het B.W. te herzien en plaatsten het volgende punt op de agenda: „Keurt de Algemene Vergadering goed, dat het gehele rapport van de studiecommissie wordt toegezonden aan het Ministerie van Justitie en aan Prof. Mr E. M. Meijers met een door het Bestuur samen te stellen toelichting?" F Op deze grondslag werd het agendapunt j geredigeerd. Thans, nu wij meer tijd voor studie hebben gehad en bovendien verschillende mondelinge en schriftelijke opmerkingen hebben vernomen, zijn wij tot andere gedachten gekomen. Wij voelen nu duidelijk

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1948 | | pagina 44