75
punt met de zwaartecirkel nemen. Het rolletje bevindt zich dan
vlak bij het draaipunt van de werkschijf.
6. Meetrol laten zakkenomlooploupe op de omtrek plaatsen iets
vóór het beginpunt om eventuele dode gang op te heffen, en
daarna naar het beginpunt verschuiven.
7. Stand noteren van pool- en werkschijf, door de plaats van de
hierop voorkomende (of aan te brengen) tekens op het papier
aan te geven. Telwerk aflezen.
8. Vervolgens rechtsom (nooit links!) langs de omtrek gaan tot het
beginpunt. Aflezen, en eventueel de loupe even terugschuiven en
opnieuw op het beginpunt instellen. Weer aflezen en nogmaals de
perceelsomtrek langs tot het beginpunt. Weer aflezen. De eerste
serie is nu klaar. Deze bestaat dus uit één of twee aflezingsver-
schillen.
9. De tweede serie beginnen in diametrale stand van de beide schij
ven en het meetrolletje, dus a) poolschijf 200 gr draaien, b) meet-
rolletje in dusdanige stand brengen (door enige bewegingen met
de omlooploupe te maken) dat, indien de eerste aflezing b.v. 26243
was (waarvan dus de cijfers 24 op de meetrol zijn afgelezen) de
beginstand van de tweede serie is 74 en c) na de meetrol
omhooggeschroefd te hebben, de draaischijf in de diametrale stand
brengen. Dit alles geschiedt om eventuele excentriciteitsfouten te
elimineren.
10. De verdere handelwijze is als bij de eerste serie. Na beëindiging
van de tweede serie de meetrol opdraaien.
11. Het gemiddelde van de aflezingsverschillen bepalen en dit ver
menigvuldigen met de factor die behoort bij de gebruikte omloop-
arminstelling en schaal. (We hebben natuurlijk altijd een even
aantal verschillen!)
12. Krimping van het plan bepalenis deze in de X-richting p% en
in de Y-richting q%, dan moet de gevonden oppervlakte met
(p q)% worden vermeerderd om de grootte van het perceel
te vinden.
Opmerkingen
a) Door relatieve planimetrering (vergelijking met een bekend opper
vlak, b.v. een ruit, met willekeurige omlooparminstelling) ontgaat
men de invloed van de krimping en die van eventuele fouten in
de instelling van de lengte van de omlooparm. Deze methode is
zeer aan te bevelen.
b) Aangezien de planimeter een zeer gevoelig instrument is moet
men er uiterst voorzichtig mee omgaan. Men moet daarom zo
weinig mogelijk de gevoelige delen van het instrument aanraken,
zoals b.v. de gekartelde rand van de poolschijf, het meetrolletje
en de blanke metalen onderdelen.
Maart 1946.