88
ren maakt de zaak eenvoudiger. Daardoor zal de sanering der bedrijven
vermoedelijk zonder dwang kunnen plaats vinden. Bij toekomstige her
verkavelingen zal verplaatsing van bedrijven naar pas gewonnen gron
den niet mogelijk zijn. De Staat zal dan waarschijnlijk ook niet alle
kosten dragen, zoals dit op Walcheren het geval zal zijn. Daar zal
alleen de meerwaarde der gronden door de eigenaren worden betaald.
Toch zal herverkaveling voor andere gebieden wenselijk zijn, indien
we haar beschouwen als ruilverkaveling, gepaard gaande met pacht-
ruil. Het tempo van de uitvoering van de huidige ruilverkavelingen
is te laag; dit komt o.a. door gebrek aan hulpmiddelen en arbeiders.
Hierin tracht men te voorzien door het gebruik van machines. De
toepassing van machines is echter nog in het beginstadium en het
onderzoek naar de mogelijkheden hiervan is nog niet voltooid en
vergt veel tijd.
De ruilverkavelingsbureaux zullen moeten worden uitgebreid, zodat
in perioden van werkloosheid de werken direct moeten kunnen
worden uitgevoerd.
Volgens sommigen zouden grote gebieden in ons land niet in aan
merking mogen komen voor ruilverkaveling, daar het natuurschoon
zou worden aangetast. In Nederland moet echter alles worden aange
pakt, waarbij natuurlijk alle zorg moet worden besteed aan de aan
kleding van het landschap om tot een bevredigende oplossing te komen.
Het is gewenst, dat de aankleding van het te verkavelen gebied reeds
bij de voorbereiding in ogenschouw wordt genomen. Indien bij her- en
ruilverkaveling de nodige aandacht aan het verzorgen en scheppen van
landschapsschoon wordt besteed, kan Nederland een in landbouw
kundig opzicht goed en ook een mooi land worden.
Coördinatie van het meet- en kaarteerwezen in
Nederlands-lndië
ONTWERPBESLUIT
Gelezen enz-,
Is goedgevonden en verstaan
Eerstelijk: In te trekken het besluit van 17 Februari 1938 nr 29
(Bijblad op het Staatsblad nr 13964).
Ten tweede: Vast te stellen het volgende Reglement voor de coördi
natie van het meet- en kaarteerwezen in Nederlands-lndië met de
daarbij behorende Instructie voor het Directorium voor het meet- en
kaarteerwezen.
1) Zie dit tijdschrift jg. 1947 blz. 241 en 311, jg. 1948 blz. 25.
