1 36 Guit fig. 31 blijkt, dat R h cotg G. Daar de grenshoek ongeveer 45° is, kan worden aangenomen dat R h. Verdelen we het inwerkingsoppervlak door concentrische cirkels h afpeó. /sso C 1 /?-/>cotyG j 1 1 i 1 1 1 l *- 1 1 \i F/gat Meyers (zie fig. 32) in een bepaald aantal ringen, zodanig dat i?2 2R1 R3 3ri enz. Het aandeel in de verzakking van elk dezer ringen die we zóne I. II. enz. noemen is de onbekende X\, enz. De verzakking, veroorzaakt door de ontkoling van zóne I is Xi d, van zóne IIXo d, enz.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1949 | | pagina 40