45 Inspecteur van de Hypotheken en het Kadaster, uit een aanvang Ie maken mét zijn rede over Beschouwingen over de kartografische waarde van de kadastrale kaart in verband met de wenselijkheid van hermeting. (In een volgende af levering zal een verslag van deze rede worden opgenomen.) De rede wordt met zeer veel belangstelling gevolgd en aan het slot klinkt een luid applaus. De spreker verklaart zich bereid vragen uit de vergadering te beantwoorden. De voorzitter stelt een vraag over de toekomstige uitbreiding van de Dienst voor Buitengewoon Landmeetkundig Werk en over de mogelijke instelling van meer bureaux voor B.L-W. De heer Stoorvogel heeft de bezetting van de B.L.W. kantoren als volgt gedacht2 landmeters, 1 chef de bureau, 9 technische ambtenaren ie klasse en 3 van de 2de klasse. In het Westen zijn thans geen B.L.W. kantoren. Toch zou meer spreiding in sommige gevallen gewenst zijn. Een mogelijkheid daartoe zou kunnen worden gevonden door de vestiging van bureaux met een halve bezetting. Prof. Tienstra acht het zeer belangrijk dat nu een overzicht van de behoeften aan hermeting is gereédgekomen. Het is uiterst moeilijk de kartografie te vervolmaken. Prof. Baeschlin drukte dit als volgt uitIeder land kan zich slechts een beperkte uitgave veroorloven voor dit soort werk". Ook al is de personeelssituatie gunstig, dan nog moeten wij zoeken naar de meest rationele werkmethoden. Spr. heeft daar vroeger reeds op gewezen, doch ook thans wil hij daar nader op ingaan. Willen wij resultaten bereiken op het punt van hermeting, dan moet dat op een „geraffineerde" manier gebeuren. De uitvoerder dient zich af te vragen: „Doe ik ook te veel?" Bij het samenstellen van de H.T.W. hebben de samenstellers getracht daarin iets te brengen over de economie van de zaak en zij hebben een lans gebroken voor het werken met grafische methoden. In veel gevallen is een goed grafisch kadaster zeer nuttig en voldoende. Het is niet nodig elke grens vast te leggen in meetgetallen. Er moet gewerkt worden met de uiterste spaarzaamheid. Ik zie ook een belangrijke taak voor de bijhoudings- dienst, doch heb moeten constateren, dat de jongeren het bijhoudings- werk minder waard vinden dan het ruilverkavelings- of hermetings- werk. De bijhoudingsdienst moet zo rationeel mogelijk worden inge richt om tijd vrij tè krijgen voor hermeting. Bij de personeelsformatie baart vooral de voorziening met landmeters zorg. Na de bevrijding bleek dat alle studierichtingen te Delft overbevolkt waren, doch dat het aantal studenten voor civiel-landmeter gelijk was gebleven. De B.P.M. en Indonesië vragen om landmeters. De binnenlandse be hoefte komt in het gedrang. Dit jaar werden 25 studenten ingeschre ven voor civiel-landmeter. Dit is ten dele veroorzaakt door het uit zicht op de studie voor geodetisch-ingenieur. Men kiest liever een studie waaraan de titel van ingenieur is verbonden. Er is dus hoop dat het aantal studenten voor de richting geodesie zal stijgen. De heer O. J. Jonas vraagt hoe Prof. Tienstra tot een grafisch

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1949 | | pagina 49