66
verrichten door een gemeentelijke commissie. Een en ander geschiedt
ook ter stimulering van de ruilverkavelingsgedachte en mogelijk als
eerste schrede op de weg der ruilverkaveling.
Ruilverkavelingsbehoeftig zijn rond 10 millioen ha (3 X de opper
vlakte van Nederland) of bijna l/s van de Franse cultuurgrond. Men
wil in Frankrijk zo spoedig mogelijk geraken tot verkaveling van 5
millioen ha akkerland, waarvoor het „personnel qualifié" in 3 jaar
tijds verdubbeld moet worden
Van meer belang is voorts de opmerking dat „om agrarische rede
nen de gehele ruilverkaveling binnen een jaar volbracht moet zijn.
Ook al houden wij rekening met het feit dat een landmeter aldaar
geacht wordt per jaar rond 1000 ha te kunnen verwerken, dan nog wil
dit zeggen dat Frankrijk voor de beoogde één millioen ha per jaar
een 1000 deskundigen nodig zal hebben. Ter bepaling van de hoeveel
heid hooi die men op de vork wil nemen, diene dat men sedert de in
voering van de ruilverkavelingswet van 27 Nov. 1918 reeds 380.000 ha
heeft verkaveld. Het is dan ook geen wonder dat gestreefd wordt
naar vereenvoudiging van de procedure. Ook dat zijn nog plannen,
evenals bovenstaand programma. Momenteel regelen een wet van 9
Maart 1941 en het decreet van 12 Jan. 1942 deze materie.
De kosten zijn buitensporig laag en worden thans (Febr. 1947) ge
taxeerd op 1500 francs (a 2,22 ct) per ha tegen 400 francs in 1939.
Bovendien neemt de staat 80 van de kosten voor zijn rekening, het
geen wil zeggen dat de landbouwer in Ned. geld omgerekend per ha
6.66 te betalen heeft.
Wanneer we dit vergelijken met de bedragen van rond 200.per
ha die de Ned. landbouwer moet betalen, dan springt het verschil wel
zeer sterk in het oog. Het is te frappant om waar te kunnen zijn. Een
nadere beschouwing zal ons doen zien dat deze vergelijking onjuist
is, en derhalve hierop gebaseerde conclusies eveneens. De vraag is
hiei wat verstaat men in Frankrijk onder ruilverkaveling en wat voor
werkzaamheden worden daar verricht, een en ander in tegenstelling
tot Nederland. Hoewel ik helaas geen recente gegevens ter beschikking
heb, kunnen we voor dit doel volstaan met vooroorlogse.
Zo staat in een Frans werkje Topocjraphie van Ch. Muret (1935)
een hoofdstuk over ruilverkaveling, waaruit het volgende is af te
leiden.
Ruilverkaveling is een perceelsomvorming, die de versnippering
van de landelijke eigendom wil „genezen", met als doelstelling de
grondexploitatie voordeliger te maken. Ruilverkaveling tast het klein-
bezit niet aan, doch bestaat uit hergroepering van een groot aantal,
dikwijls ingesloten, verspreide percelen van eenzelfde eigenaar.'
Aan deze perceelsomvorming voegt men meestal toe de uitvoering
van grondverbeteringen, zoals drooglegging, drainage, en vooral de
aanleg van exploitatiewegen ten einde alle percelen van het verkavelde
gebied op doelmatige wijze te ontsluiten.
Tn een lezing in 1947 gehouden te Antwerpen voor de Belgische
landmeters gaf ik de onderstaande definitie, zoals deze het werk
van de ruilverkaveling in Nederland m.i. het best benadert.