Vereniging van Civiel-Landmeters
Literatuuroverzicht
96
Het bestuur heeft het voornemen op g April a.s. een algemene ver
gadering bijeen te roepen die in Den Haag, Restaurant „Boschlust"
Bezuidenhoutseweg 2, gehouden zal worden. De Vergadering zal be
staan uit een huishoudelijk en een openbaar gedeelte. Het huishoudelijk
gedeelte zal aanvangen 's morgens om 11.00 uur. Voor de agenda ver
wijst het bestuur naar het eerstvolgende Huishoudelijk Orgaan. In
het openbare gedeelte is een lezing geprojecteerd. Aan het Hoofd van
het Fototechnisch en Cartografisch Bedrijf der K.L.M., de Heer
I. M. Gors ten, werd daartoe het verzoek gedaan te willen spreken over
de kaartenproductié van het F.C.B. der K.L.M. Bij deze voordracht
zijn alle belangstellenden van harte welkom. Het openbaar gedeelte
der vergadering zal 14.00 uur aanvangen. Het Bestuur
Schweiz. Zeitschrift für Vermessung und Kulturtechnik, 1948/9
blz. 223Die Wasserleistung der Walliser Bewasserungsanlagen, Dr.
Ing. H. Schildknecht, Zürich.
AI komen bevloeiing en beregening in ons land (nog) maar weinig
voor, toch is bovengenoemd interessant artikel het lezen zeer waard.
De schrijver betoogt dat de betrekking tussen de hoeveelheid water
en de te bevloeien oppervlakte (die Wasserleistung) van fundamenteel
belang is. Daarom worden in bevloeiingsgebieden in het buitenland be-
vloeiingsproefvelden aangelegd. Zo is het -droge gebied van U.S.A.
(gelegen ten Westen van de ioo° lengtegraad) op grond van de uit
komsten van dergelijke' proefvelden verdeeld in 97 zones met een
verschillende behoefte aan bevloeiing. De toe te voegen hoeveelheid
water varieert in de verschillende zones van 239 mm tot 946 mm.
Natuurlijk bestaan voor de diverse cultures in dezelfde zone verschil
len. Van groot belang is uiteraard de distributie van de hoeveelheid
water over de vegetatieperiode.
De uitkomsten van de proefvelden tonen aan, dat de in de praktijk
gebruikte hoeveelheden water voor een doelmatige bevloeiing dikwijls
veel te groot waren, zelfs in landen met een zeer langdurige be-
vloeiings-ervaring zoals Indie en Egypte. Deze te intensieve be
vloeiing is oneconomisch en schadelijk voor de plant, terwijl onnodige
uitspoeling van meststoffen plaats vindt.
Daar men in Wallis niet over uitkomsten van een wetenschappelijk
bevloeiingsonderzoek beschikt, is de bevloeiing op grond van prakti
sche ervaring tot stand gebracht met een hoeveelheid water van 7000
a 9000 m3 per ha/jaar. De schrijver vergelijkt in grafieken en tabellen
enkele van de belangrijkste factoren die de benodigde waterhoeveel-
heid voor bevloeiing bepalen voor Wallis met twee bevloeiingszones
uit de U.S.A.
Zijn conclusie is dat de gebruikte waterhoeveelheid voor de Walliser
bevloeiing aanzienlijk te hoog is. Ten dele is dit te hoge waterverbruik
toe te schrijven aan de in Wallis toegepaste verouderde methode.