311 Algemeen gedeelte, opent met een hoofdstuk over Taal en teken. De beschouwingen over de meetkundige vaktaal zijn fris en oorspronke lijk, leerzaam en boeiend, niet het minst waar de schrijver ingaat op foutieve opvattingen en slordig woordgebruik. De wijze waarop de schrijver de stof bewerkt voedt de lezer tot critisch denken op. De meetkunde gebruikt behalve woorden tekens en figuren. Vandaar dat de opmerkingen over tekenschrift en de plaatsing van letters bij een figuur hier terecht bij aansluiten. Nu komen De begrippen aan de orde. Met opzet houdt de schrijver niet vast aan een starre formulering, waar mogelijk laat hij zien hoe het ook anders kan. Dit noodzaakt de lezer actief mee te denken. Het valt ons op dat de schrijver in de theoretische wiskunde de grootte van een hoek wenst uit te drukken in de natuurlijke hoekeenheid (een rechte hoek /2 tt), terwijl hij voor practische berekeningen uitsluitend de decimale graadverdeling voorstaat. De volgende hoofdstukken die achtereenvolgens handelen over Het denken (bewijzen) en Het doen (constructies) bevatten wederom vele waardevolle opmerkingen die men gewoonlijk niet in studieboeken aan treft. De schrijver schrikt niet terug voor het gebruik van tekendrie hoeken bij constructies. Het hoofdstuk Verband tussen begrippen gaat het reeds genoemde hoofdstuk De begrippen verder aanvullen. Het algemeen gedeelte wordt besloten met een hoofdstuk getiteldVergroting van het wiskundig vermogen, dat de schrijver blijkens het voorbericht als de geestelijke kern van het boek beschouwt. Hij leert ons hier het terrein van onze kennis te overzien en geeft algemene aanwijzingen die menigeen tot steun kunnen zijn. Het boek zet ons aan het werk in het meetkunde- laboratorium en aan het slot van deze eerste afdeling is de lezer vol doende voorbereid om zich meetkundekennis eigen te maken die boven het middelbare school-programma uitgaat. De uitbreiding van de theorie geschiedt in het Theoretisch gedeelte. Na de Meetkundige plaatsen worden de Transversalen en volledige figuren behandeld. De kern van dit gedeelte vormt de studie van trans formaties. Eerst Enige eenvoudige transformatiestranslatie, wente ling, spiegeling en vermenigvuldiging. Na een onderbreking met een hoofdstuk over Merkwaardige punten, rechten en cirkels vervolgt de schrijver de behandeling der transformaties met een hoofdstuk over Torsie. Dit woord voert hij in ter vervanging van het woord rotatie waaronder deze transformatie algemeen bekend staat. Ik acht deze om doping niet gelukkig. Al is 'het waar dat in het woord rotatie alleen het begrip wenteling tot uitdrukking komt, na wiskundig de transformaties wenteling en rotatie te hebben gedefinieerd zijn het meetkundig scherp onderscheiden begrippen. Het woord rotatie wordt door de schrijver niet gebezigd, hij noemt naast wenteling alleen torsie. Vervanging van torsie door rotatie toont dus overtuigend aan dat een nieuw woord overbodig is. De taalkundige betekenis van een woord is in de wis kunde niet essentieelzou men ooit de wiskundige betekenis van b.v. een imaginair getal met een woordenboek ook maar enigszins kunnen benaderen? Neem ook: affiniteit, of, om bij ons onderwerp te blijven:

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1949 | | pagina 57