14
De geschiedenis van de kaartvervaardigingvan de mensen die de
kaarten maakten en van hun werkwijzen; wat op de kaarten voor
komt en op welke wijze de gegevens hiervoor verkregen werden. Dit
alles zich uitstrekkende over het tijdvak waarin de mens zich met de
kartografie heeft bezig gehouden: van de tijden der oude Oosterse
beschavingen af tot en met de jaren van deze eeuw, waarbij aan geen
enkele periode meer aandacht geschonken is dan door de betekenis er
van gerechtvaardigd wordt.
De schrijver is bibliothecaris van het Peabody Institute in Baltimore,
het grote onderzoekingscentrum met zijn verzameling van 250000
zeldzame en belangrijke boekwerken, voornamelijk op het gebied van
de culturele wetenschappen. Hoewel docent in de kartografie aan de
John Hopkins University, is Brown dus geen geodeet of beroeps-
kartograaf. Misschien kon juist daardoor zo'n boeiend werk van zijn
hand verschijnen. De ontwikkelingsgang van de geodesie en van al die
hieraan verwante vakken, die zo nauw verbonden zijn met de geschie
denis van onze beschaving, kan immers het best geschreven worden
door iemand die uit hoofde van zijn beroep de grote lijnen steeds voor
ogen kan hebben.
Men komt in dit 400 pagina's tellende boek geen enkele formule
tegen. Een plaatwerk is het evenmin, hoewel er goede illustraties van
de tekst zijn. De opzet van het werk is chronologisch. Dit blijkt reeds
uit de aard van de onderwerpen, die de hoofdstukken vormen
1. De aarde neemt vorm aan. 2. De bewoonde wereld. 3. De wereld
van Ptolemaeus. 4. De middeleeuwen. 5. Zeekaarten en richtings
bepaling. 6. Het kaartenbedrij f7. Breedte. 8. Lengte. 9. Het in
kaart brengen van een land. 10. Het in kaart brengen van een wereld.
De hoofdstukken hebben zelf ook weer een chronologische opzet.
Voorzover ons bekend is, bestaat er geen ander boek over de karto
grafie dat zo veelomvattend is als dit werk. Elk hoofdstuk op zich
zelf is reeds een belangrijke en boeiende beschouwing over uitvin
dingen, ontdekkingen en ondernemingen, die alle hun betekenis voor
de kartografie hebben gehad. Het is nog méér dan dathet is een stuk
levendig geschreven cultuurgeschiedenis met een grote schat aan
feiten, die voor iedereen en voor de beoefenaren van de geodesie en
de kartografie in het bijzonder zeer interessant zijn. De schrijver heeft
het vermogen de herkomst van de techniek die in de bovengenoemde
wetenschappen aangewend wordt, verrassend helder te kunnen uit-
1 eggen. Er gaat een grote bekoring uit van deze schrijfwijze, waardoor
ons vak veel meer levend en boeiender blijkt te zijn dan we in de sleur
van het dagelijks leven gewend zijn te veronderstellen.
Deze qualificatie geldt zowel voor de behandeling van onderwerpen
uit de moderne tijd als voor die uit het verleden.
Door het schrijven van dit boek is aan de geodesie en aan de karto
grafie wel een dienst bewezen, hetgeen niet steeds gezegd kon worden
bij het verschijnen van dergelijke (vaak ook zeer uitvoerige) werken.
Behalve uit eigen kennis en inzicht, heeft de schrijver geput uit een
omvangrijke literatuur, die achter in het boek wordt vermeld, daarmee
dit werk als bibliografie reeds zijn verdienste gevend. Voorheen viel