158
voorkeur geen getekende proef figuur, doch een proef schijf. In de
formule (19) zullen miA1 en m2A2 dus niet, zoals in 6, kunnen
worden vervangen door (16), doch door een uitdrukking die als volgt
wordt afgeleid.
Uit:
volgt
A2
mA -Q mv.
Voor de waarde mu, die dus in dit geval betrekking heeft op de
planimetrering van een proef schijf, is in een vorige publicatie (Jg.
1950 p. 119) gevonden mu p' 0,65, dus:
fi'A2 p'q2a2
mA -Q- -ö-,
Worden mAl en mAi in (19) vervangen door deze uitdrukking, na
dat daarin indices 1 resp. 2 zijn aangebracht, dan is het resultaat,
wanneer \±a\ [za'3 (notatie: ixa') wordt gesteld:
mV0=[ l]pV [3]^$^(29)
[3]
(a0—a^)2a\ (a0—a2)2a\
Voor enkele waarden van en is de factor [1] reeds gegeven
a0 a0
in de eerste tabel van 6. Voor [3] zijn de overeenkomstige waarden
gegeven in de onderstaande tabel.
0,85
o,95
o,55
2,38
7,93
46,68
0,65
o,57
o,57
o,53
6,36
0,79
0,95
3,88
0,85
Waarden van
de coëfficiënt [3]
(30)
Xv ai
a2^\. "0
a0
0,80
0,90
1,05
1,10
i,i5
1,20
0,62
0,52
0,60
1,15
0,52
3,18
20,16
1,10
0,69
0,61
0,52
1,05
0,71
0,61
0,50
1,50
1,96
0,90
3.03
8,00
12,00