167
Bij uitwerking van deze vorm krijgen we, indien we tot in de vierde
decimaal van een secunde nauwkeurig werken
3 p"
P TCZ "Po e'2 cos2 9o 2 l°g e' log r d log n) s2 cos2
Tri
Nu is: e'2 0,0067192
2 d log e' 0,0031526
cos2 <p0 0,37639
waaruit volgt, dat de veelterm gelijk is aan
0,00172 10-10 s2 cos 2a
Voegen we 4a, 4b, 4c en 4c! samen, dan krijgen we dus voor de
breedtecorrectie
px)" 0,167" 0,00574 10-5 j sin a
0,01038 io-io s2 sin 2a
0,48906 IO"5 J COS a
0,00172 IO-10 s2 COS2 a
0,00012 10-10 j sin a s cos a (5)
3. Correctie voor de lengte.
Het lengteverschil van het punt P1 (Ai) ten opzichte van Amersfoort
(A0) is op de ellipsoïde van Bessel
p" p"
A, sec <p0 s sin a sec tg <p0 s sin a s cos a (6a)
en op de ellipsoïde van Hayford:
tt
AiA0= sec O0 S sin A sec ®0 tg <I>0 S sin H5 cos H (6b)
We vermenigvuldigen (6a) en (6b) resp. met cos <p0 en cos G>0 en
vinden, na aftrekking:
cos <ï>0 (Aj A0) cos (Ax j S sin A s sin aj
o" n"
*8 ^0 sin ^4. S cos A tg cp0 s sin a s cos a j (7)
Gaan we achtereenvolgens de veeltermen tussen accoladen in het
tweede lid van (7) uitwerken, dan vinden we
jjS sin A ?—s sinaj=|z^- (d logw d log s) s sin a scosa
0,54712.10-® s sin a 0,00573.10-® s cos a (8a)
en
-jyï tg O0 5 sin A. S cos A *8 To s sin a s cos a
A a" 2-2 I A a" 9
tg s2 sm2 ac tg <p0 s2 cos2 a
p. ^2 tg <p0 (2 d log n 2 d log s) s2 sin a cos a