185 Aonc/u/d/ng 1 /.uooo /.-2000 b/odJWl/. 4. /.■/OOO zijn i250, i5c», 11000 en 12000. De schaal wordt bepaald door de parcellering. Een overzichtsblad voltooit dit kaartenmateriaal. Sectie B bestaat uit 27 bladen. Van de kaart worden enige exemplaren vervaardigd: a. het werkplan, dat later de rol van het bijblad vervult, b. het minuutplan, c. het netteplan, d. het veldplan, e. plans voor andere diensten. De volgende diensten beschikken over kadastrale plansDepartement van Openbare Werken, de Landswatervoorzieningsdienst, de Ver- keersafdeling van de Politie, de Inspectie der Belastingen. Deze plans worden éénmaal per jaar bijgewerkt. Alleen de Inspectie der Belastingen beschikt, voor intern dienstge bruik, over de kadastrale legger. De eerste tien bladen werden ver menigvuldigd door het doen vervaardigen van zincografieën van cal ques op kodatrace. Deze werkzaamheden werden verricht door de Caribbean Petroleum Company, een dochtermaatschappij van de B.P.M. De resultaten waren uitstekend. De overige bladen werden fotografisch vermenigvuldigd, met redelijke resultaten. Thans zijn van deze bladen eveneens calques op kodatrace vervaardigd, zodat thans elke repro ductiemogelijkheid aanwezig is. De indeling van de kadastrale afdelingen Tweede District en Derde District in bladen is anders geschied dan die van het stadsdistrict. De kadastrering van het Stadsdistrict geschiedde systematisch, zodat de bladindeling van te voren kon worden vastgesteld. Bij de noodzakelijke metingen voor de bijhoudingsdienst in de buitendistricten deed zich de wenselijkheid voor, deze metingen zoveel mogelijk te gebruiken voor kadastreringsdoeleinden. Daarom werd de technische grondslag naar behoefte verdicht en werden grote verkavelingsplannen en metingen van grote plantages direct kadastraal opgemeten en aangesloten. Het kwam daarom wenselijk voor alle bladen van de buitendistricten aan te leggen en dit kon zonder bezwaar geschieden, mits men overging tot een „vierkant" kadaster. Als schaal van de kadastrale kaart in de bui tendistricten werd gekozen 1 4000, welke kaarten naar behoefte wer den ontwikkeld op 1 2000, 1 1000 of 1500. De bladen kregen een romeins nummer, de ontwikkelingsbladen een arabisch nummer, terwijl de nummering zo werd gekozen, dat men de plaats op de moederkaart 14000 en de schaal direct daaruit kan aflezen. Voorbeeld: h/nr/ XXV/ ■schaa/ I1 sc/icra//.- /ooo iI .J

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1950 | | pagina 189