223
het formaatzegel van i.en een andere plaats van het zegelstempel.
In een onderschrift geeft Prof. Adriani in overweging het zegelrecht
niet te heffen op elke notariële akte afzonderlijk, doch in een som
ineens, door de notaris periodiek te storten in 's Rijks schatkist, waar
door de heffing van het zegelrecht zou worden geconcentreerd.
Nog beter zou het zijn het gehele zegelrecht naar de oppervlakte van
het papier af te schaffen, althans het aantal lettergrepen per bladzijde
vrij te laten. Het is zaak alles in het werk te stellen om het archief
dat bewaard moet blijven, zo beknopt mogelijk te houden.
Bij het steeds nijpender worden van het tekort aan archiefruimte
doen de bepalingen van de zegelwet wel buitengewoon anachronistisch
aan (zie ook W.P.N.R. 4126, blz. 77).
Rechtsvraag I bespreekt de hier en daar in gebruik zijnde gewoonte
van makelaarsverenigingen om tegen betaling van het gewone recht
van inzage via de beëdigd klerk een periodieke opgave te verkrijgen
van alle transporten van vast goed aan een hypotheekkantoor. De
vraag rijst of hier niet aan de door de wet gewenste openbaarheid der
registers een toepassing wordt gegeven die met de bedoeling der wet
in strijd is. Dikwijls zullen kopers of verkopers allerminst prijs stellen
op zodanige extra publicatie van hun transacties, waardoor de aan
dacht van derden gevestigd wordt op nieuwe eigenaren en koopprijzen,
welke gegevens hun anders zouden ontgaan (en die betrokkenen liever
niet aan de grote klok hangen), tenzij zij het gehele register van over
schrijving tegen betaling doorbladeren.
Volgens Prof. Adriani geeft de beëdigd klerk hier dus in feite
meer dan het publiek zo kan vinden en past hij het tarief alleen toe
voor de opgegeven overschrijvingen, wat niet geheel in de haak is.
Laten belanghebbenden de koopprijs weg in het ter overschrijving
aangeboden stuk, dan is het de vraag of de eigendom wel overgaat,
althans wanneer niet is voldaan aan hetgeen is voorgeschreven in art.
671 lid 2. B.W. voor een overgeschreven uittreksel uit een akte.
Idem, 4131, blz. 136.
J. J. Terpstra maakt enkele opmerkingen over levering van onroe
rende goederen, speciaal over de vraag of de volgorde van overschrij
ving van belang is indien akten betreffende hetzelfde onroerend goed
op dezelfde dag worden overgeschreven.
Volgens schr. is het niet zo, dat de eigendomstoestand zich op de
dag van overschrijving van een titel op een moment wijzigt; zowel
vervreemder als verkrijger zijn op de gehele dag van levering eigenaar.
Zijn op één dag twee akten, met verschillende verkrijgers, overgeschre
ven, dan zullen deze ieder eigenaar worden van de onverdeelde helft
van het onroerend goed. Schr. acht het minder juist te zeggen dat de
vervreemder ten tijde van de overschrijving „gerechtigd" moet zijn
over het onroerend goed te beschikken (zie Mr. van der Ploeg in
W.P.N.R. 3999 e.v.)z.i. geldt slechts, dat de eigendom door over
schrijving niet overgaat wanneer de vervreemder op de dag der leve-
Idem, 4122, blz. 31.