227
het middelpunt van de belangstelling op deze dagen te stellen. En wel
om de reden, dat het nu juist 25 jaar geleden is, dat de eerste practische
gevolgen van de in 1924 aangenomen wet op de ruilverkaveling zich
aftekenden.
In het Tijdschrift voor K. en E. van 1925 lezen wij de simpele
mededeling dat op 27 Juli 1925 de ruilverkaveling Hollumermieden
is aangenomennog in hetzelfde jaar werd de ruilverkaveling Nieuw-
Leuse.n eveneens aangenomen. Als eerste landmeterdeskundigen wer
den aangewezen resp. de heren O. J. Jonas en J. J. Gorter. Dit een
voudige begin borg een ontwikkeling in zich die toen nog niet was te
voorzien. Niet alleen voor de landmeters maar voor iedere medewerker
aan ruilverkavelingen heeft het werk zich naar omvang en diepte
enorm uitgebreid. De ruilverkavelingsdienst van het kadaster is uit
gegroeid tot een organisatie met een 150-tal medewerkers, waaronder
ongeveer 45 landmeters. Het ruilverkavelingswerk is „teamwork"
samenwerking met andere diensten is noodzakelijk. Hiertoe is begrip
van het werk van de andere betrokkenen nodig. Het is niet altijd even
eenvoudig en hier moet ik een opmerking maken, die misschien wat
verwaand klinkt. Het blijkt dat de landmeters zich gemakkelijker ver
diepen in het werk van de cultuurtechnici en hiervoor grote waardering
hebben, terwijl het landmeetkundige deel van het werk weieens te
weinig wordt begrepen, te zeer als een eenvoudig uitvoeren van wat
technische handgrepen wordt beschouwd. Wie het werk van nabij kent
weet hoeveel meer het is.
En het is dan ook niet toevallig, dat het juist de landmeetkundige
federatie is die U een congresprogramma biedt, waarin over het
eigenlijke landmeetkundige niet zo veel te vinden is, maar waar histo
rische, juridische, economische, cultuurtechnische en landschapskun-
dige onderwerpen als hoofdschotel worden aangeboden. Begrip van
deze zaken is nodig om een ruilverkaveling goed te kunnen uitvoeren.
U zult zeggen dat ik dan wel vooral landmeters van de ruilverka
veling op het oog moet hebben. Dat mag misschien ook wel in verband
met hun 25-jarig jubileum. En de anderen, de landmeters van de ge
wone dienst van het kadaster, en van de gemeenten, en de fotokarto-
grafen zullen in het programma vele aanknopingspunten met hun werk
vinden.
Ik vertrouw dat dit congres en de aansluitende studiedagen U iets
te geven hebben'k vertrouw ook dat Arnhem, met zijn tentoonstel
ling „de Mijlpaal" en met zijn natuurschoon, iets te geven heeft.
Ik wens prettige dagen toe en hiermee open ik dit tiende congres
der Nederlandse Landmeetkundige Federatie.
Na de openingsrede leidt de voorzitter de eerste spreker in. Deze.
Prof. Dr. E. W. Hofstee, Hoogleraar in de economische en sociale
geografie en de sociale statistiek aan de Landbouwhogeschool te Wa-
geningen, houdt een lezing over „Verkavelingsvormen in Nederland
in verband met de historische ontwikkeling van de rechten op de
grond".
De voorzitter dankt de spreker voor zijn buitengewoon interessante
uiteenzetting.