258 voor in een uitvoerige wet, door haar Ruimtewet gedoopt, alle plano logische maatregelen op te nemen. De commissie gebruikt overigens noch de woorden ruimtelijke ordening noch planologie en evenmin stedebouw, maar heeft de nieuwe woorden ruimtekundige ordening en ruimtekunde gesmeed. Dienovereenkomstig herdoopt zij de Rijks dienst voor het Nationale Plan in Rijks ruimtekundige dienstde pro vinciale planologische diensten worden provinciale ruimtekundige dien sten. En de drie soorten plannen gaf zij de naam van nationaal, gewes telijk- en gemeentelijk bestemmingsplande ons reeds vertrouwd ge worden namen streek- en uitbreidingsplan leken haar te nietszeggend en de laatste U denke aan de conserverende, de bebouwing werende plannen zelfs onjuist. De gedachten omtrent het nationale plan zijn onder de invloed van de in de praktijk opgedane ervaringen gegroeid en gewijzigd. De waan dat spoedig één enkel nationaal plan voor het gehele land zou kunnen worden vastgesteld, is vervlogen. Wel acht men binnen het bereik van de mogelijkheden, dat een of meer partiële nationale plan nen, dus plannen voor een bepaald gedeelte van het land, dan wel een nationaal facetplan tot stand zullen komen. Onder een facetplan ver staat men een plan ter behartiging van bepaalde onderdelen van de ruimtekundige ontwikkeling van het Rijkb.v. de bestemming van terreinen voor tuinbouwvestiging, de beveiliging van waterwingebieden of de bescherming van natuurgebieden. In zekere zin zijn dergelijke facetplannen een bekentenis van onmacht. Immers al zal bij de vast stelling van zulke facetplannen zoveel mogelijk ook met andere be langen rekening worden gehouden, in feite regelen zij toch de bestem ming van grond met het oog op en ten behoeve van een bepaald be lang. En het wezen van de ruimtekundige ordening is, naar ik reeds meermalen opmerkte, juist een afwegen, een coördinatie van alle in aanmerking komende plannen. Maar men kan nu eenmaal niet wachten tot dat landbouw, industrie, natuurbescherming, defensie, waterstaat e.a. alle weten wat zij willen en bovendien ook vertellen wat zij willen, zich bereid tonen van hun plannen mededeling te doen en in overleg daarover met de andere belanghebbenden bij de bestemming van de grond te treden. Aan die bereidheid tot opening van zaken en tot samenwerking ontbreekt helaas nog wel wat. Een der moeilijkste puzzles voor de commissie was welk orgaan be last zou moeten worden met de vaststelling van nationale plannen. De keuze ging natuurlijk tussen de Kroon en de wetgevende macht. Een nationaal plan, ook een partieel plan of een facetplan, is zo iets be langrijks, dat in een land als het onze de volksvertegenwoordiging daarover moet kunnen meespreken. Anderzijds is deze echter niet ge schikt om bezwaarschriften van belanghebbenden te behandelen en concrete belangen tegen elkander af te wegen. De tussenweg die de commissie voorstelt is, dat een nationaal plan, nadat de belanghebben den in de gelegenheid zijn gesteld daartegen bezwaren in te dienen, wordt vastgesteld bij algemene maatregel van bestuur, dus bij een K.B. dat in de Ministerraad wordt behandeld. Tevoren moeten ook de in te stellen Ruimtekundige Raad en de Raad van State, afdeling

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1950 | | pagina 264