272
len aantonen, dat dit in de uitgevoerde ruilverkavelingen ook kwanti
tatief zijn weerspiegeling vindt. Dit kwantitatieve inzicht kan bij nieuwe
ontwerpen wellicht tot steun zijn.
Vraagt men mij of op grond van het beschikbare cijfermateriaal
reeds aangetoond kan worden of bepaalde ruilverkavelingen buiten de
aangegeven weglengtelijnen vallen, dan moet ik ontwijkend antwoor
den de landmeter staat bloot aan een voortdurend streven van de
plaatselijke commissie om niet al te sterk samen te voegen en veel
wegen aan te leggen. Nooit is na een ruilverkaveling gebleken, dat
er nog wegen bij moesten komen, wel dat verdere samenvoegingen,
zij het op uiterst geringe schaal, werden doorgevoerd. Beide verschijn
selen liggen, gelet op de verhouding tussen landmeter en plaatselijke
commissie, in de lijn der verwachting.
Ik merk nog op, dat de hier verschafte grafieken geen maximum
aan betrouwbaarheid bieden. De gegevens voor deze grafieken zijn
ontleend aan de statistieken die van iedere ruilverkaveling, wanneer
zij gereed is, in het jaarverslag van de Centrale Cultuurtechnische
Commissie worden opgenomen. De daarin gevonden rubrieken moeten
echter nog worden herzien teneinde een betrouwbaar beeld te krijgen.
Zo omvat het aantal eigenaren niet altijd het aantal leggerartikelen,
maar ook de hieronder vallende consortenbovendien zijn bij het aan
tal eigenaren ook de eigenaren van de wegen en waterlopen inbegre
pen. Verder omvat het aantal percelen ook de percelen weg en water.
Wil men deze statistieken voor een onderzoek gebruiken, dan dienen
zij dus nog een zuivering te ondergaan. Reeds thans wil ik een uit
breiding van deze statistieken bepleiten, waarbij het opnemen van
cijfers over de ruilverkavelingskosten zeer gewenst is.
In het probleem van de efficiency is in het voorgaande onevenredig
veel aandacht besteed aan de weglengte. De kosten van de wegen
aanleg worden echter mede bepaald door de aard van de wegverhar
ding, de breedte enz. Zo is de breedte van invloed op de oppervlakte,
nodig voor de wegaftrek in een blokbij 60 m weglengte per ha met
een breedte der wegen van 7 m bedraagt de wegaftrek van het blok
4%. De aanleg van de weg (uitwijkplaatsen, fietspad, bermen
voor beplanting, verharding) beïnvloeden de kosten per strekkende
meter.
Ook aan deze punten dient hoog nodig een studie te worden gewijd.
Aan de andere zijde van de rendementsvergelijking staan de voor
delen. Reeds bleek, dat deze voordelen alleen behaald worden, indien
door aanwending van de vrijkomende productiekosten voor een in
tensiever gebruik van de grond hogere bruto- en netto-opbrengsten
worden verkregen. Ik zou op dit punt willen pleiten voor een nauw
keurige analyse van de gebreken van de oude toestand, opdat de
voorlichting na het tot stand komen van de nieuwe toestand zo effec
tief mogelijk kan zijn. De boer is er dan psychologisch rijp voor. De
voorlichtingsdiensten moeten na het tot stand komen van een ruil
verkaveling aan het gebied grote aandacht besteden, opdat de voor
delen die in ruilverkaveling schuilen, ook inderdaad ten nutte gemaakt
zullen worden.