54 construeerd. Omgekeerd komt met het definitieve punt in de fouten- tonende figuur als pool een lijn in de poolfiguur overeen, zodat de ver effening teruggebracht wordt tot het trekken van een rechte, die zo nauw mogelijk aansluit bij een aantal punten, de polen van de fouten- tonende rechten. In vele gevallen blijkt nu het kiezen van een dergelijke rechte in een puntenveld gemakkelijker te gaan dan dat van een punt in een lijnen- figuur, waarmee deze methode een welkome aanvulling op de werk wijze van Heller geacht moet worden. 3. In de genoemde literatuur ontbreekt echter een onderzoek naar de „strengheid" van de methode van 2, terwijl evenmin duidelijk is hoe de bewuste vereffeningsrechte nu precies getrokken moet worden. Dit te onderzoeken is het doel van de volgende paragrafen. In nauwe aansluiting aan het artikel: „De grafische vereffening bij de puntsbepaling" van Prof. J. M. Tienstra kiezen we de volgende notaties x, ycoördinaten van P, het te bepalen punt x', y"van P„, het benaderde punt; 1) Dit artikel (blz. 41 e.v. van jg. 1937 van dit tijdschrift) wordt verder aan gehaald als T, formules hieruit als T (7), bladzijden als T blz. 41. Fig. 2.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1950 | | pagina 54