69 J. W. TER SCHIPHORST, Onderzoek naar de mogelijkheid astronomisch bepaalde coördinaten te corrigeren voor schietloodafwijkingen aan de hand van zwaartekrachtsmetingen Wanneer het niet mogelijk is in astronomische stations schietlood afwijkingen 'te bepalen langs astronomisch-geodetische weg, bestaat er nog de mogelijkheid deze physisch-geodetisch te berekenen, indien rondom deze stations voldoende zwaartekrachtsanomalieën bekend zijn. Over het algemeen zal het in voor luchtkaartering in aanmerking komende gebieden niet mogelijk zijn deze schietloodafwijkingen geo- detisch-astronomisch te bepalen, en zullen deze niet te verwaarlozen groot zijn. Zo vindt men bijv. in Indonesië en Indo-China N.Z.-com- ponenten van schietloodafwijkingen tot 40", dat wil dus zeggen tot 55" relatief. Prof. Tardi noemde een relatieve schietloodafwijking in Noord-Afrika van 1 cgr over een afstand van 100 km, dat wil dus zeggen een fout van 1 km in de relatieve ligging van twee astrono mische stations op een afstand van 100 km van elkaar, wanneer men de coördinaten van deze stations niet voor deze relatieve schietlood afwijking zou corrigeren. Wil men nu astronomisch bepaalde coördinaten voor vereffenings- doeleinden in een aero-triangulatie gebruiken, dan moet men deze relatieve schietloodafwijking kunnen bepalen met een m.f. die beneden de 2" a 3" ligt. Alvorens verder te gaan met het onderzoek naar de mogelijkheid hiertoe volge hier eerst in het kort een overzicht van de physisch-geodetische methode om schietloodafwijkingen te bepalen. Civiel-landmeter aan het Stadsingenieursbureau in Stockholm ~l REFERENTIE-OPP.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1950 | | pagina 69