I
px aaPPx en pi [ab]'PPlt
dus [aa]' en [ab\' Ap.
De formule voor de foutenellips is:
[aa]' x2 2 [ab]' xy [bb]' y2 m2.
m2 vinden we straks uit de v's van het definitieve punt. (Voor dit punt
zijn ze gelijk aan de f's.)
Zij A het snijpunt van de foutenellips met PPr (de V-as), dan wordt
[aa]' PA2 m2, dus PA m 1/
Px
Trekken we in A de lijn BA loodrecht op de vector in Plt dan is dit
een raaklijn aan de ellips. Immers het argument van die vector heeft
tot tangens Pi-Pi' [gf|terwijl de tangens van het argument
o]
i
van de raaklijn aan de foutenellips in A is -j— voor y o, dat is
MldJ
j(7het product van deze tangenten is dus 1.
[aa
Op deze wijze vinden we op de drie verbindingslijnen van P met
Px, P2 en P3 drie punten van de foutenellips met drie raaklijnen in
deze punten. Daar P middelpunt is van de ellips vinden we deze
punten ook symmetrisch t.o.v. P met hun raaklijnen. De ellips is dus
overbepaald.
Uitvoering.
Als voorbeeld is genomen het punt dat grafisch vereffend is in de
H.T.W., punt nr. 887.
In bijgaande figuur 4 is Px het voorlopig berekende puntachter
waartse richtingen zijn genomen naar de punten nrs. 612, 78, 51
en 124, voorwaartse uit 612 en 78. De schaal van de tekening van deze
punten is 140000. Aan de zijkant rechts is een schaaltje getekend.
is gelijk aan de eenheid wanneer p cm. De lengte
van c
maat als eenheid is het schaaltje getekend. Afpassing van de afstan-
van deze eenheid is op de schaal 140 000 dus cm en met deze
Fig. 3-
2000000
pdmgr
TC