8
geheel vormen. Hieraan zijn natuurlijk zekere grenzen te stellen. De
plaatselijke commissie en de landmeter moeten het werk kunnen over
zien en met zorgvuldigheid de belangen van alle rechthebbenden be
hartigen. Ook mag de uitvoering niet te lang duren. Bij Maas en
Waal-West b.v. lijkt mij deze grens reeds overschreden.
Maar de ruilverkaveling is ook geleidelijk veel gecompliceerder ge
worden
Voordat de Pachtwet van 1937 in werking trad bezorgde de in
artikel 19 der Ruilverkavelingswet voorgeschreven regeling van de
pacht weinig moeite. Partijen regelden deze in het algemeen zelf wel.
Thans is dit in vele ruilverkavelingen een moeilijk, tijdrovend en bijna
nooit bevredigend op te lossen vraagstuk geworden.
In de aanvang behoefde er, ook al doordat de ruilverkavelingen
kleiner en van eenvoudiger aard waren, weinig overleg omtrent andere
door de ruilverkaveling geraakte belangen te worden gepleegd. Trou
wens, van de zijde van hen die deze andere belangen, zoals die van
planologische en landschappelijke aard, moesten behartigen, was aan
de daarmede verband houdende vraagstukken nog weinig vorm ge
geven. Ook hierin is verandering gekomen. Het inzicht op deze ge
bieden is snel gerijpt, met als gevolg dat de uitvoering van een ruil
verkaveling steeds meer aan bepaalde voorwaarden moet voldoen en
dat overleg met de betrokken diensten is voorgeschreven, zowel tijdens
de voorbereiding als de uitvoering.
De ruilverkaveling, aanvankelijk nagenoeg een zelfstandige cultuur
technische maatregel, moeten we zo dus meer en meer, zij het tot op
zekere hoogte, zien als een onderdeel van de gehele ruimtelijke orde
ning van ons land.
Al dat overleg waarbij vaak naar een compromis moet worden ge
zocht, kan zeer tijdrovend zijn, ook al is er bij de voorbereiding in prin
cipe overeenstemming bereikt. Er blijven bij de uitvoering nog zoveel
details waarover ondanks de beste bedoelingen aan weerszijden, ern
stige meningsverschillen moeilijk of dikwijls niet tijdig uit de weg
kunnen worden geruimd. Ik kan hierop thans niet verder ingaan, maar
het zal U toch duidelijk zijn hoe vooral de taak van de landmeter ver
zwaard is en dat hij voldoende inzicht moet hebben in al deze met de
ruilverkaveling opgeworpen vraagstukken.
En was vroeger de organisatie van de door de ruilverkavelingsdienst
te verrichten werkzaamheden geen al te moeilijk probleem, thans met
alle kwade kansen op stagnatie op één of meer onderdelen, kost het
in den regel heel wat hoofdbreken om deze werkzaamheden in de juiste
samenhang met de wettelijke procedure en de uitvoering van de grond
werken ontginning, herontginning enz. inbegrepen te doen ver
lopen. De werkverdeling aan de bureaux blijft steeds een moeilijk punt
en vaak moet dan nog assistentie van een ander bureau de zaak redden.
De buitenstaander geeft zich van deze moeilijkheid gewoonlijk niet
voldoende rekenschap.
Intussen, er begint in de samenwerking met andere diensten zoals
Cultuurtechnische Dienst, Staatsbosbeheer, Planologische diensten,
door groeiend begrip over en weer meer lijn te komen, en waarschijn-