DR. A. W. VLAM
Perceelsnamen in Nederland
31
bepaalde landaanwinst of landverbetering. Het gaat immers om een
juiste fundering van het beleid. Dan zal men, aangenomen dat men zich
bedienen kan van de maatstaf nationaal inkomen, enerzijds in aanmer
king moeten nemen de invloed die a. het uitvoeren zelf van het werk
en b. het aldus verkregen kapitaalsgoed heeft op het nationale inkomen,
anderzijds de derving van nationaal inkomen die het gevolg is van het
feit, dat een ander werk niet wordt uitgevoerd en een ander kapitaals-
goed nu niet wordt verkregen. In de meeste berekeningen die tot dus
verre werden opgesteld, wordt eenvoudig sociaal-economische bate (en
dan beperkt tot het te verwerven kapitaalsgoed, zonder de invloed van
het uitvoeren van werk in aanmerking te nemen) gesteld tegenover de
kosten berekend naar marktwaarde, dus als privaat-economische waar
de. Het moge duidelijk zijn, dat hier twee onvergelijkbare grootheden
met elkaar worden vergeleken.
Wanneer men braakliggende productiefactoren inschakelt, zijn de
sociaal-economische offers nihil, desondanks zal men om de tewerk
stelling aantrekkelijk te maken zekere vergoeding moeten geven. Het
hangt hier nu maar van de wijze van financiering af of langs de kant
van deze uitgaven wellicht op het nationale inkomen een ongunstige
invloed wordt uitgeoefend.
Gebruikt men productiefactoren die aan zekere andere aanwendin
gen moeten worden onttrokken, dan is het wel zeer waarschijnlijk, dat
dezelfde argumenten die tot een afwijking tussen privaat-economische
en sociaal-economische waarde van de grond deden concluderen, zullen
leiden tot het constateren van een afwijking tussen het privaat-econo
mische en het sociaal-economische offer. Zelfs wanneer de sociaal-
economische waarde van de grond boven de marktwaarde van de voor
de investering benodigde productiefactoren ligt, kan het sociaal-econo
mische offer de sociaal-economische bate overtreffen.
Wanneer men deze vergelijkingen uitvoert, dient men toch altijd
voor ogen te houden, dat de keuze van een ander criterium van wel
vaart, bijv. werkgelegenheid, tot geheel andere conclusies zou kunnen
leiden, en tenslotte men dient zich altijd te realiseren, dat het econo
mische aspect slechts een van de elementen uitmaakt waarop de beslis
sing van de overheid dient te berusten. Per saldo is het niet de sociaal-
economische waarde van baten en kosten, doch de sociale waarde van
het verworvene en het prijsgegevene die het beleid moet bepalen.
Wetenschappelijk hoofdambtenaar aan de Stichting- voor Bodemkaartering,
Wageningen
Zoals bekend mag worden verondersteld dragen de landerijen, hetzij
akkers, tuinen, weiden, bossen, heiden of moerassen, namen, die men
gewoonlijk aanduidt met de term perceelsnamen. Echter niet alleen de