4 meende te mogen laten voorbijgaan. Het zal U niet verwonderen, dat ik met zeer veel genoegen aan dit verzoek heb willen voldoen. De ruilverkavelingsdienst werd weliswaar, als afzonderlijke dienst naast de divisies, officieel pas ingesteld op i April 1942, maar in feite is de datum van zijn geboorte1 November 1925. Toen werd het eerste ruilverkavelingsbureau te Leeuwarden gevestigd, met een bezetting van drie man nl. de landmeter O. J. Jonas als hoofd, en verder de land meter J. F. Ilsen en de tekenaar W. J. A. Beyer. De laatste is helaas overleden. Op December van hetzelfde jaar werd een ruilverkavelingsbureau te Zwolle gevestigd, waarvan mij de leiding werd opgedragen. Toege voegd werden de landmeter G. G. C. Kraan en de tekenaar K. Prakken. Dat was het bescheiden begin van een dienst waarvan na 25 jaar de bezetting is uitgegroeid tot 156 man, nl. 44 landmeters, 44 landmeet kundige ambtenaren A, 40 landmeetkundige ambtenaren, 16 tekenaars en 12 schrijvers, verdeeld over acht bureaux. We zijn hiermede ver moedelijk nog niet aan het maximum, althans wanneer jaarlijks op de Landbouwbegroting minstens dezelfde bedragen als tot nog toe ten behoeve van ruilverkaveling worden uitgetrokken. Wanneer ik nu een terugblik op de afgelopen 25 jaren werp, kan dat vanwege de mij ter beschikking staande tijd slechts vluchtig zijn, temeer omdat ik ook enige aandacht zou willen wijden aan enkele aspecten van het heden en de naaste toekomst. Terugkerende tot 1925 moet ik wel allereers.t de naam noemen van J. F. A. van Riessen, toenmaals ingenieur-verificateur te Utrecht. Deze zag scherp vooruit en wist spoedig, nadat de Ruilverkavelings- wet-1924 tot stand was gekomen, te bewerkstelligen, dat er twee land meters naar het Rijnland werden uitgezonden om zich daar gedurende een half jaar van April tot October 1925 op de hoogte te stellen van de ruilverkavelingspraktijk, teneinde zo behoorlijk voorbereid de hun in Nederland wachtende taak te kunnen vervullen. Van Riessen begreep dat de ruilverkaveling gespecialiseerde ambtenaren vereiste en dat dezen met het oog op de te verwachten ontwikkeling van den beginne af in afzonderlijke ruilverkavelingsbureaux ondergebracht dienden te worden. Dat is toen nog wel eens bestreden, maar de ge schiedenis heeft bewezen dat zijn standpunt juist was. Het lag voor de hand dat de beide bureaux bij de divisie Utrecht ingedeeld werden. Helaas moest Van Riessen ons in 1932 plotseling door de dood ontvallen, maar hem zal steeds de eer blijven toekomen de grondslag te hebben gelegd waarop verder voortgebouwd kon worden. Even scheen er een dreiging te zijn, dat de in 1932 bestaande drie bureaux dat te Nijmegen onder leiding van de landmeter J. F. Ilsen was 1 Mei 1929 opgericht als zelfstandige eenheden zouden ver dwijnen. De ruilverkaveling maakte nl., mede door de ingetreden crisis in de landbouw, nog maar weinig opgang. Gelukkig bleek de ingenieur-verificateur J. Zijlstra, eerst te Utrecht later te Amsterdam, bereid de taak van Van Riessen over te nemen. Weinig zal hij toen gedacht hebben, dat de grote uitbreiding tot een

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1951 | | pagina 6