LANDMEETKUNDE PROF. J. M. TIENSTRA Een benaderingsmethode voor de vereffening van een driehoeksnet met gemeten hoeken Hoogleraar aan de Technische Hogeschool te Delft: 1. Het nut van geschikte benaderingsmethoden voor vereffeningen is welbekend. In veel gevallen gaat het bij de vereffening niet zo zeer om het verkrijgen van de theoretisch juiste correcties aan de waar» nemingen als wel om de waarnemingen te maken tot een sluitend sy steem van grootheden. Deze opvatting vindt steun in de overweging, dat het in feitelijk alle gevallen zo is, dat men toch altijd een probleem moet vereenvoudigen. Men kan daarom nooit van een strenge ver effening spreken in de absolute zin van het woord, alleen maar van een meer of minder strenge. Voor de vereffening van een driehoeksnet beschikt men over de bekende benaderingsmethodehoeken van een driehoek sluitend maken op i8o° of 200 gr, horizonvoorwaarde en sinusvoorwaarde van het eerste centrale punt behandelen, daarna die van het tweede centrale punt, waarbij de hoeken van de driehoeken, rondom het eerste centrale punt gelegen, thans niet opnieuw verbeterd worden, enz. Deze methode is bevredigend voor het geval van een net met één centraal punt. Zijn er meer van die punten, dan zijn de eindresultaten afhankelijk van de volgorde waarin de vereffening langs de centrale punten voortschrijdt. Dat dit een groot bezwaar is behoeft geen toe lichting. Onder handhaving echter van de grondgedachte van de be staande methode, kan men met het geven van een kleine uitbreiding het geschetste nadeel eruit wegnemen, hetgeen in de volgende punten zal worden ontwikkeld. 2. Aan de hand van het hierbij afgebeelde net zal de gedachtengang worden uiteengezet. In een driehoek zijn met de wijzers van de klok mee de hoeken aangeduid met a, /3 en y. Verder zijn de driehoeken ge nummerd. Hoek <*5 is hoek a in driehoek 5. Er zijn drie stappen in de vereffening 1per driehoek de som van de hoeken vereffenen op 1800 of 200 gr 2het vereffenen van de som van de hoeken rondom de centrale punten op 360° of 400 gr; 3 de vereffening op de sinusvoorwaarden. Uitgegaan wordt van de veronderstelling, dat alle hoeken gelijk ge wicht hebben. 3. De vereffening op de driehoeksvoorwaarden geschiedt op de gebruikelijke wijze: in elke driehoek krijgt iedere hoek een correctie van deel van de sluitfout in zijn driehoek.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1951 | | pagina 3