Verslag
186
De tweede dag was gewijd aan de bespreking van de aansluitings
problemen. De heer Ir. W. Baarda begon met een overzicht te geven
van de verschillende kaartprojecties. In een tweede voordracht behan
delde hij de vereffening van meetkundige grondslagen over uitgestrekte
gebieden en het aansluitingsprobleem. Tenslotte hield de heer G. J.
Bruins een voordracht over de aansluiting van het Nederlandse drie-
hoeksnet aan het Centraal-Europese driehoeksnet. De moeilijke stof
werd door beide sprekers op zeer duidelijke wijze behandeld. De N.L.F.
kan zich gelukkig prijzen, dat ieder jaar opnieuw de deskundige per
sonen in ons vak hun medewerking verlenen aan de studiedagen daar
door immers is het slagen van deze dagen gewaarborgd. Ook dit jaar
kunnen de ongeveer zeventig deelnemers op twee welbestede dagen
terugzien.
De secretaris der N.L.F-,
G. F. Witt.
van de toestand der Vereniging voor Kadaster en Landmeetkunde
en van hetgeen door haar in verband met artikel la der statuten
is verricht sedert de Algemene Vergadering van September 1950
(artikel 16a Huishoudelijk Reglement).
Het ledental der Vereniging onderging enige verandering. Wij tellen
thans 199 gewone en 70 buitengewone leden, tegen respectievelijk 190
en 70 in het vorige jaar.
Door het overlijden van de heren A. A. H. Heezemans, O. J. Jonas
en R. ten Oever ontvielen ons drie trouwe en verdienstelijke leden.
De samenstelling van de Commissie voor het ontwerpen van een
Algemene Maatregel van Bestuur waarin voorschriften over de in
schrijving van registergoederen zullen worden gegeven, onderging hier
door wijziging. In de plaats van de heer A. A. H. Heezemans heeft
zitting genomen de heer W. Joosten, ingenieur-verificateur van het
kadaster te Amsterdam. De commissie kwam voor de tweede maal te
Utrecht bijeen op 10 Mei 1951In deze vergadering werd besloten
stappen te doen tot het verkrijgen van meer exacte gegevens betreffen
de de voorgenomen wijziging van het B.W. en om te trachten invloed
uit te oefenen op een principieel punt.
Het Bestuur nam kennis van het Rapport van de Commissie tot
herziening van de pachtwetgeving en wendde zich terzake mondeling
en schriftelijk tot de Directeur-Generaal van de Landbouw.
Aan het verzoek, door het Bestuur gericht tot het Bestuur van de
Internationale Landmeters Federatie, om het lidmaatschap van onze
Vereniging te doen eindigen en over te doen gaan op de Nederlandse
Landmeetkundige Federatie, werd door bijzondere omstandigheden in
1950 nog geen gevolg gegeven. Op de bijeenkomst van het Permanent
Comité, te houden in Luxemburg in Augustus 1951zal dit punt op
nieuw aan de orde komen.
