76
Prof. Jansma geeft dan een uitvoerig historisch overzicht dat zeer
interessant is, maar dat wij grotendeels stilzwijgend voorbij kunnen
gaan, omdat het voor de in behandeling zijnde zaak van weinig belang
is, behoudens hetgeen hier volgt.
Op het stukje „Zwarte Dijk" dat zich uitstrekt tussen de Groene
Dijk en de Rijksgrens, komen twee grenspalen voor, de eerste voor
zien van drie opschriften: Benthem, Salland, Twenthe. En ongeveer
240 m verder Oostwaarts Rijksgrenspaal nr. 99 (zie kaartje). In de
nota van Prof. Jansma wordt uiteengezet, hoe en wanneer eerstge
noemde grenssteen daar geplaatst is. „Het wil mij voorkomen, dat
de op het ogenblik nog aanwezige grenssteen op de Zwarte Dijk, ge
merkt Benthem, Salland, Twenthe, dezelfde steen is, die in I77T ge~
plaatst blijkt te zijn (ingevolge de in het Proces-verbaal 1816 aange
haalde Conventie) en wel binnen, d.w.z. westelijk van de ware grens
scheiding met Bentheim bij het kruisboompje." Volgens de geciteerde
nota moet dit geweest zijn „op het gemelde midpunt. zijnde 63 roeden
en 5 voet van het zoogenaamde kroeseboompje aan de Landscheiding.
Aannemende dat hier Rijnlandse roeden bedoeld zijn, is deze afstand
ongeveer 239 m en het is wel frappant, dat de afstand tussen deze
oude steen en Rijksgrenspaal nr. 99 thans ongeveer 240 m bedraagt.
Een voldoende overeenstemming om mijn bewering te staven, dat
Rijksgrenspaal nr. 99 op de plaats staat van het voormalige kruist-
boompje of wel paal nr. 1 uit het Proces-verbaal 1816.
Prof. Jansma betoogt, dat het Aanwijzend Tableau afwijkt van de
bewoordingen van het Proces-verbaal, omdat dit een rechte lijn tussen
de palen nrs. 2 en 1 zou hebben bepaald, terwijl het Aanwijzend Ta
bleau een gebroken lijn aangeeft. Hij zegt in zijn conclusie, dat het door
het Kadaster uitgewerkte grenstracé aanvechtbaar is. „Alles wijst er
dus op, dat de grenspaal nr. 1 uit het Proces-verbaal 1816 is geweest
deze grenspaal van 1771staande op de plaats, waar men hem nu nog
kan aantreffen. Ten onrechte staat daarom in de overwegingen van
het Kantongerecht te Almelo d.d. 7 Maart 1951 het gedeelte tussen
grenspaal nr. 2, thans grenssteen nr. 2 en grenspaal nr. 1, genaamd
het Kruisboompje, thans Rijksgrenspaal nr. 99. Integendeel, de hier
bedoelde grenspaal nr. 1 kan alleen geweest zijn de bovenomschreven
grenspaal van 1771. nu nog staande op de noordelijke berm van de
Zwarte Dijk. Wij staan hier dus voor het feit, dat de nieuwe situatie
in de grensafbakening, ontstaan door het plaatsen van Rijksgrenspaal
nr. 99 eenvoudig administratief door de dienst van het Kadaster is af
gedaan, blijkbaar door het verlengen van de scheidingslijn tussen de
gemeenten Vriezenveen en Hardenberg van de grenspaal van 1771
tot Rijksgrenspaal nr. 99. Daardoor is die dienst nog verder dan reeds
in 1817 het geval was, afgeweken van de bewoordingen van het
Proces-verbaal 1816." Mijnerzijds is hiertegenover het volgende gesteld.
Er is in 1824 helemaal geen nieuwe situatie in de grensafbakening
tussen beide gemeenten ontstaan. In het „Generaal Proces-verbaal van
het Abornement der Grensscheiding tusschen de Koningrijken der
Nederlanden en Hanover, bevattende de beschrijving van de plaatsing