In memoriam J. Zijlstra J. Tzn.
100
en Landmeetkunde gesproken door een vertegenwoordiger van de af
deling Roermond, waarvan de overledene voorzitter wasnamens het
personeel te Maastricht door een collega die ruim 32 jaren met hem
heeft samengewerkt.
Vriend Oomes, rust in vrede, een vrede die je hier niet altijd be
schoren is geweest.
F. Allema
Op 13 Januari van dit jaar overleed, betrekkelijk onverwacht, in het
Diaconessenhuis te Utrecht de heer J. Zijlstra, oud Ingenieur-verifica
teur van het Kadaster. Hij werd geboren te Huizum in Friesland
29 Maart 1878, werd m.i.v. 1 Januari 1900 benoemd tot adspirant-land-
meter en m.i.v. 1 Juli 1903 tot landmeter van het kadaster. Bij Konink
lijk Besluit van 3 Februari 1925 nr. 34 volgde zijn benoeming tot
ingenieur-verificateur, welke functie hij achtereenvolgens ter stand
plaats 's-Gravenhage (Ministerie), Utrecht en Amsterdam bekleedde
tot 1 April 1943, op welke datum hij wegens het bereikt hebben van de
pensioengerechtigde leeftijd, de kadastrale dienst verliet.
Met Zjlstra is een markante kadastrale figuur heengegaan, die al het
mogelijke gedaan heeft om ons dienstvak
hoog te houden en aan het kadaster in
het grotere geheel de plaats te geven,
waarop het naar zijn (en veler anderen)
mening recht had en thuis behoorde. Het
spreekt vanzelf dat hij bij zijn pogingen
tot (verdere) ontvoogding van ons
dienstvak meermalen in moeilijkheden
kwam, die editer niet door hem gezocht
werden. Wel kan men zeggen, dat hij niet
trachtte de moeilijkheden te ontgaan.
Strijdlustig was hij niet, wel strijdbaar.
Op 1 Januari 1930 aanvaardde hij de
leiding van de toenmalige divisie Utrecht
met uitzondering van het bureau 's-Her-
togenbosch. Laatstgenoemd bureau bleef
met de Ruilverkavelingsdienst, die toen
nog van zeer bescheiden omvang was,
onder de directie van de Ingenieur-veri
ficateur J. F. A. van Riessen berusten.
Na diens plotselinge dood in 1932 had Zijlstra de zorg voor de gehele
divisie Utrecht en de Ruilverkavelingsdienst.
Ik meen te weten, dat zijn Utrechtse periode wel een van de prettig
ste is geweest van zijn ambtelijke loopbaan. En dit om meer dan een
reden. Er viel veel te regelen en te organiseren, in de eerste plaats door
de zeer snelle groei van de Ruilverkavelingsdienst en de stichting van
verschillende bureaux als gevolg daarvan.
Dan was er de samenwerking met de Meetkundige dienst van de