125
strokenverkaveling zonder bewoning bevestigt onzes inziens deze voorlopige
veronderstelling.
Beschouwen wij in de eerste plaats de essen, dan blijkt dat deze akker
landen tot de vroeg-middeleeuwse ontginningen behoren. Bodemkundig be
zien treft men ze aan op de zandgronden van het oosten, midden en zuiden,
verder op de oeverwallen van het westelijk Gelders rivierkleigebied, op
enkele plaatsen in de Friese Wouden en waarschijnlijk eveneens in het loess-
gebied van Zuid-Limburg; in de veenstreken zoekt men ze tevergeefs.
Wat de verkaveling betreft, valt op, dat het grondpatroon veelal wordt
gevormd door een aantal vrij regelmatige blokken, die de indruk maken later
door ontginning van de tussenliggende, onregelmatige en geervormige per
celen aan elkaar te zijn gebreid. Het meest essentiële is echter de systema
tische, strookvormige percelering, waaruit ieder blok bestaat en die slechts
verklaarbaar wordt, wanneer men aanneemt dat de afzonderlijke blokken
collectief zijn ontgonnen en daarna onder de belanghebbenden zijn verdeeld.
De aanleg van de essen getuigt van de wens een vorm te vinden, waarin
men het ter beschikking gekomen bouwland onder een aantal gerechtigden
op een rechtvaardige wijze kon verdelen. De es is niet, zoals de blokverka-
veling, het product van een spontane verkaveling; hier heeft men gewerkt
naar een bepaald systeem. Het feit dat aan de es blijkbaar de celticfields
voorafgaan, die, zoals gezegd, ook als product van een spontane ver
kaveling binnen genealogisch maatschappelijk verband zijn te beschouwen,
evenals in de aanwijzingen, die in het onderzoek van Slicher van Bath
kunnen worden gevonden, wijzen er op, dat de es moet worden beschouwd
als een relatief jonge vorming. Is dit laatste een aanduiding dat deze moet
zijn ontstaan als een reactie op betrekkelijk recente veranderingen in de
agrarisch-maatschappelijke verhoudingen, de veronderstelling, dat de es
evenals de marke is te beschouwen als een antwoord op de veranderde
situatie, die ten aanzien van de rechten op de grond ontstond, vindt een be
vestiging in het toegepaste verdelingssysteem. Een systeem van nauwkeurige
en rechtvaardige verdeling van de bouwlanden, een duidelijke afpaling van
de rechten van de rechthebbenden, zoals de es ons dat laat zien, past immers
geheel in het stelsel van een duidelijk vastleggen van een ieders rechten op
de grond, niet alleen tegenover de buitenstaanders, doch ook tegenover de
medegerechtigden, hetgeen als gevolg van de veranderde maatschappelijke
verhoudingen moest ontstaan. Opgemerkt moge hier nog worden, dat de
namen welke de blokken dragen, waaruit de essen zijn opgebouwd, beves
tigen dat de strokenverdeling van de es vanaf het begin aanwezig is ge
weest en dus voortgevloeid is uit de bewuste wil tot rechtvaardige ver
deling tussen gerechtigden en b.v. niet een toevallig product van latere
erfdeling is. Vrijwel steeds nl. dragen de blokken meervoudsnamen zoals
b.v. de Pollen, de Woerten, de Lienstukken, de Wendakkers enz.
Dat men marken en essen meestal samen vindt en wel vooral op de zand
gronden, is inderdaad geen toeval; dit hangt samen met de kwaliteit van de
zandgronden, gezien uit het oogpunt van de landbouw. Zoals hiervoor werd
opgemerkt, bracht de goede kwaliteit van de kleigrond en verder de schaars
te aan grond, die zich daar vroeg deed voelen, mede, dat in het gebied van
de oude blokverkaveling reeds vroeg individueel en permanent gebruik van
de grond algemeen werd. Als gevolg daarvan werd het blokverkavelings-
patroon van de primitieve blokpercelering gefixeerd enkomen gemeenschap
pelijk gebruikte gronden in dit gebied feitelijk niet voor. Noch voor de ont-