200
Browns The story of maps, dat op een veel bredere basis berust. In
Bagrows boek is de oude kartografie om de oude kartografie zelve be
schreven, terwijl het bekoorlijke en verdienstelijke werk van Brown
dit onderwerp fundeert op al die aspecten van het maatschappelijke,
wetenschappelijke en geestelijke leven, die tot het ontstaan van kaarten
aanleiding hebben gegeven.
Toch is het goed, dat er wetenschappelijke werkers als Bagrow zijn,
specialisten die, als een paard met oogkleppen, achter één onderwerp
jagen, en op die wijze een zeer grote feitenkennis verzamelen. In dit
opzicht is het hier besproken boek uitstekend. Men kan het niet verge
lijken met enig ander werk, omdat het uit het oogpunt van specialisatie
geheel op zichzelf staat. Het laat zich zeer goed als encyclopaedisch
werk gebruiken bij alle vragen die er t.a.v. de antieke kartografie rijzen.
De stof is verdeeld in
I. Die Naturvölker; 2. Altertum; 3. Mittelalter; 4. Die Renaissance;
5. Die Inkunabel-Karten6. Der Einfluss der geographischen Ent-
deckungen auf die Kartographie des 15. Jahrhunderts7. Die See-
karten des 16. Jahrhunderts; 8. Die Landkarten der europaischen
Liinder9. Das Jahrhundert der Atlanten10. Die Karte des alten
Russland und der Türkei; 11. Die Karten der asiatischen und ameri-
kanischen Völker12. Die Karte als Kunstwerk und Bildwerk.
De 1433 namen en gegevens betreffende kartografen, die volgens de
inhoudsopgave in de tekst voorkomen, verhogen de waarde van dit
werk aanzienlijk. In een overzichtelijke literatuuropgave (geen tijd
schriftartikelen) wordt ons een beeld gegeven van het indrukwekkende
aantal boeken over de historische kartografie dat reeds verschenen is.
Men krijgt bij het lezen van dit boek wel eens de indruk, dat het,
in tegenstelling met wat het voorwoord beweert, niet overal streng
wetenschappelijk is. De aard van de schrijver komt boven wanneer hij
opmerkingen over de handelsprijzen van oude kaarten en atlassen gaat
inlassen. Doch deze uitweidingen, evenals die over de kunstwaarde van
oude kaarten, mag men een geestdriftige navorser niet kwalijk nemen.
Het blijft een werk waarvan het bezit nog ver in de toekomst zijn nut
zal afwerpen, terwijl de prijs, voor een werk met 112 kunstdrukplaten,
onbegrijpelijk laag is gehouden. De kwaliteit van de reproducties is
echter middelmatig. Men mag dit boek als een belangrijke aanwinst
voor de vakliteratuur beschouwen. Koeman
Karl Reicheneder: Nadirketten mit Streckenmessung (Aero-
polygonierung). Veröffentlichungen des Geodatischen Institutes in
Potsdam. Nr. 6. Akademie-Verlag, Berlin, 1951. 45 blz., 21 X 30 cm,
prijs DM 4.
De gebruikelijke ruitenketting, die de basis vormt van de radiaal-
triangulatie, wordt vaak vergeleken met een gewone veelhoek, waarbij
echter de lengte der veelhoekszijden niet wordt gemeten doch indirect
wordt bepaald. Gaat men uit van een bekende lengte in de eerste ruit,
dan is het duidelijk, dat aan het eind van de ketting de onnauwkeurig
heid der zijden groot kan zijn, afhankelijk niet alleen van de precisie