205 Zoals Solari in het Journal des Géomètres-Experts van Februari 1949 zie Tijdschrift voor K. en L. 1949, pag. 246 reeds aan kondigde, is in het voorjaar van 1950 in de Zwitserse gemeente Calo- nico een proef genomen met luchtfotogrammetrische opnemingen voor het grondboek van de nieuwe bodemindeling na ruilverkaveling. De proefneming en de resultaten daarvan worden in bovenvermelde artike len beschreven. Harry geeft een historisch overzicht van de ontwikkeling van de fotogrammetrie in Zwitserland, waarvan de opneming van Calonico thans de laatste phase vormt. Deze fotogrammetrische vervaardiging van ambtelijke grondboekplans op schaal 1 1000 leidt een nieuwe etappe van de toepassing der fotogrammetrie in. In Calonico konden nog niet de nieuwste opnemings-objectieven (Aviotar en Aviogon) en kaarteerinstrumenten gebruikt worden. Bij de reeds ingeleide verdere ontwikkeling van het instrumentarium, waarbij o.m. gedacht wordt aan een vluggere en gemakkelijkere aflezing van de machinecoördinaten der grenspunten, zal de toepassing niet beperkt blijven tot de minder waardevollegebieden van de derde instructie-zone, maar zich steeds verder uitstrekken tot gebieden van grotere waarde. Het dichtbebouwde dorp (3 ha, 60 percelen, 70 gebouwen) en de beboste terreinen werden volgens de klassieke methode opgemeten. Rondom deze eilanden werden de coördinaten van een aantal zichtbaar gemaakte grenspunten in de autograaf afgelezen en daarna getrans formeerd in het algemene stelsel. De polygonen voor de eilandmetingen werden aangesloten aan deze punten. Voor 9 veelhoeken bedroeg de middelbare lineaire sluitfout ca. 22 cm. Voor de bij houdingsmetingen, die als soortgelijke eilandmetingen zijn te beschouwen, kan een analoge werkwijze worden gevolgd door per ha van 2 tot 4 gunstig gelegen grenspunten op bovenvermelde wijze coör dinaten te bepalen. Hiermede is de brug geslagen tussen de fotogram metrische opneming en de bij de bijhouding aan te wenden getallen- methode. Tenslotte zegt Harry, dat de ervaring in Calonico eens te meer heeft aangetoond, dat de plaatselijke grondboeklandmeter, die 70 van het werk verricht, goed op de hoogte moet zijn van het fotogrammetrische procédé, opdat de uitvoering op technisch en economisch verantwoorde wijze plaats vindt. Pastorelli behandelt de gehele werkwijze zeer uitvoerig in de vol gende onderdeleninleiding bijzonderheden van het terrein signalering der grenspunten opnamevlucht en camerapaspuntsbe- paling identificatie uittekening met de autograaf „Wild A 5" - berekening en verificatie ervaringen en conclusies. Voor de transformatie van de coördinaten, afgelezen met de auto graaf, geeft hij enige rekenvoorbeelden, uitgevoerd met voorafgaande reductie „au centre de gravité" methode W. K. Bachmann en zonder toepassing van deze reductie. Voor alle onderdelen van het werk vermeldt de schrijver de bestede tijden, op grond waarvan hij een kostenbesparing van 13 berekent.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1952 | | pagina 39