209 behandelen, hierin de juridische waarde van het sluitstuk, de lijst van rechthebbenden te regelen, en tevens de overschrijving daarvan in de openbare registers te bepalen. De juridische betekenis die de Studiecommissie aan de lijst van rechthebbenden bedoelt te geven, is die van positiviteitdeze lijst moet de rechthebbende een volkomen titel geven, waarmede hij zich dus volkomen zal kunnen legitimeren. Is dit een novum voor zakelijke rechten op onroerend goed in het te onzent geldende recht Elders, in Hoofdstuk IV van mijn „Overgang van rechten krachtens Ruilverkaveling", werd de procedure van de Markenwet 1886 in het kort behandeld, en gewezen op de positieve aard van de daarbij inge schakelde lijst van rechthebbenden. Uitvoerig werd de procedure der totstandkoming en de juridische betekenis van de lijst van rechthebbenden van onze Ruilverkavelingswet bestudeerd in het door mij uitgebrachte Rapport voor de Nederlandse Landmeetkundige Federatie op haar ne congres. Daarin werd de positiviteit van deze lijst van rechthebbenden ten zeerste in twijfel ge trokken. Laat ons thans het oog richten op de Wegenwet 1930 voor wat be treft de procedure der totstandkoming van de wegenleggers en de rechtskracht van deze wegenleggers. De wegenlegger strekt om de rech ten van openbaarheid van wegen en de onderhoudsplicht van deze openbare wegen vast te leggen. Tegen de legger kan slechts worden aangevoerd, dat na de vaststelling van de legger of nadat de weg daarop geplaatst is of een onderhoudsplicht daarop vermeld is, de weg zijn openbaar karakter heeft verloren of de onderhoudsplicht te niet is ge gaan (artikel 49, 50). De totstandkoming van de legger is mede geregeld m het Wegen- leggerbesluit 1932 en geschiedt kort geschetst als volgtOpmaking ont werp wegenlegger door B, en W., tervisielegging, advies aan Gedepu teerde Staten door B. en W. over mondeling of schriftelijk ingediende bezwarenindien Gedeputeerde Staten het ontwerp wegenlegger wijzi gen, nieuwe tervisielegging met gelegenheid tot mondeling of schrifte lijk'indienen van bezwaren tegen de aangebrachte wijzigingen, vast stelling van de legger met beroep op de Kroon, in alle phasen met in achtneming van ruime termijnen. Vervolgens is beroep op de rechter mogelijk. Uit de Memorie van Toelichting moge hierover het volgende worden aangehaald „Nu de legger de openbaarheid en de onderhoudsplicht zal aangeven en daartegen in het algemeen zelfs niet kan worden opgekomen, mag aan hem, die meent, dat ten onrechte door het administratief gezag is vastgelegd, dat op zijn grond rust de last van openbare weg of dat hij tot onderhoud is verplicht, niet de bevoegdheid worden onthouden, om bij de rechter voor zijn recht op te komen (artikel 43 en 44)- „Bovendien is aan twijfel onderhevig of artikel 154 der Grondwet, dat alle twistgedingen over eigendom of daaruit voortspruitende rech ten bij uitsluiting stelt ter kennisneming van de rechterlijke macht, wel zoude gedogen om aan de rechter niet het laatste woord te laten,

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1952 | | pagina 43