240 van tabel 4 8) met behulp van (16) zeer veel beter geacht kan worden dan de boven vermelde somcontróledit door de onafhankelijke berekening van de kolommen 1, 2 en 3, 4 in tabel 4. Naschrift. Met grote erkentelijkheid vermeld ik hier de medewerking van de rekenkamer van het C.T.O. onder de toenmalige leiding van de heer Ir. H. L. v a n G e n t bij het berekenen en tekenen van de nomogram- menfiguur 1, 6, 12 en 13. De andere figuren zijn met grote kundig heid vervaardigd door de heer M. C. B r e e m a n s, assistent bij het Laboratorium voor Geodesie der Technische Hogeschool. Rectificaties 11 Blz. 55, form. (1) lees: p 55) r- 5 v-°- Qxy io4 moet zijn - Qxy io4 .2). 7 (7 55, onderaan 2) Men denke er aan, dat door gebruikmaking van nomogram kad. nr. 51 de eenheid van de Q-getallen is (decimeter)2 als m onbenoemd gedacht is. 57) r- Ï3 v-b-het gehele tweede lid na het plusteken tussen acco lades. 63, form. (5) na gelijkteken haakje plaatsen. 65, in form. (13a) moet (S,)2 gr zijn (8,-)„ 2 69, in form. (1) moet de noemer luiden (lim)2. 172, r. 9 v.o. vóór QA de letter l plaatsen. 172, r. 1 v.o. tweede vgl.mA moet zijn mAl; derde vgl.m2 moet zijn mi 2. 174, fig. 11 j lees ï.p.v. n 1 n 0,2. 175, r. 21 v.o. 176 en 177. In de sleutels van beide nomogrammen moet i.p.v. .Hcc 4m constant gelezen worden jldmgt l km constant. 182, r. 1 en 3 v.b. r. 4 v.o. m~PR moet zijn m 183, r. 2 en 7 v.b.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1952 | | pagina 26