VERSCHILLENDE ONDERWERPEN Prof. R. ROELOFS De studie voor geodetisch-ingenieur aan de Technische Hogeschool te Delft 251 De heer Haasbroek wijst op de „eerste zaak" van het „kadastraal scheidsgerecht", gesteld door Mr. Bes in het Februarinummer 1949 van het Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde met de daaruit voort gevloeide pennestrijd. Mr. Jonas merkt op, dat naar zijn gevoelen delimitatie alleen ver antwoord is, indien er geen gegevens voorhanden zijn tot herkaar- tering der grenzen. De heer De Groot merkt op, dat er ook bij herkaartering sprake is van delimitatie, immers daarbij wordt teruggegrepen op de delimitatie bij de oorspronkelijke opmeting. Prof. Ir. Baarda betrekt de waarschijnlijkheidsstrook in het debat. De reconstructie van vroeger gemeten grenzen kan naar gelang van de beschikbare gegevens meer of minder nauwkeurig geschieden. Er kan gesproken worden van een smallere of bredere waarschijnlijkheids- strook waarbinnen de te reconstrueren grens moet gelegen zijn. De vraag is, of binnen deze strook juridische moeilijkheden kunnen wor den opgeworpen met betrekking tot de delimitatie-vraag, tevens of er alleen buiten deze strook juridische moeilijkheden aan delimitatie kun nen worden verbondenis dus de landmeter binnen de waarschijnlijk heidsstrook vrij het terrein te volgen, er buiten niet. De voorzitter deelt mede, dat geen enkele wet op deze vraag ant woord geeft. In de jurisprudentie dus in rechterlijke uitspraken zou men (mogelijk) de beslissing in een bepaald geval kunnen vinden. Vaste jurisprudentie bestaat niet in dezen. De rapporteur, Ir. H. Ph. van der Schaaf Hoogleraar aan de Technische Hogeschool te Delft (Lezing gehouden op het twaalfde congres der Nederlandse Landmeet kundige Federatie te Amsterdam op 7 Juni 1952) In het jaar 1946 hield de landmeter R. J. de Wit in Groningen een belangwekkende voordracht (7) die tot titel droeg: „Gedachten naar aanleiding van de ingenieursstudie". Deze lezing, die verdient alsnog gepubliceerd te worden, gaf een historisch overzicht tegelijk een treffend beeld van het voortdurende streven naar verbetering in de opleiding tot landmeter. Van 1890 af, bijna zonder onderbreking, heeft De getallen tussen haakjes verwijzen naar de literatuurlijst, die aan het einde der voordracht is opgenomen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1952 | | pagina 37