222 De vorm onder het wortelteken kan geschreven worden als R2(D'2—DD") R(ED"2FD' GD) (F2EG) (10) en de discriminant van deze vorm weer als (ED"—2FD' GD)2 4(F2—EG)(D'2—DD") ED"—GD—~j(ED'—FD)2 -^-2 (EGF2) (ED'FD)2. (n) Nu is EGF2 n2 (Qxxöyy öjry2 1 ofwel de kwadra tische vorm (10) kan steeds ontbonden worden in twee reële factoren, uitgezonderd wanneer ED" GD o en ED' FD o. Dit laatste geval treedt op als dus met (6) o en ofwel n Qxx nQyy [<3xx'] [öyy'l h Qxx Qxy Qyy n Qxx 11 Qxy IQxx' 1 [Qxy'} o [Qxx'] [Qxy1} [Öyy'l waarmee uit (5) volgt: crr 2 constant (voor alle waarden van 0). Dit geval doet zich voor bij een Snelliuspunt met alleen achterwaartse of voorwaartse richtingen (of beide) als de gegeven punten liggen in de hoekpunten van een regelmatige M-hoek, met het te bepalen punt in het zwaartepunt. Dan is nl.QXX QYY, [Qxx'] [öyy'l; Qxy [Qxy'] o, zodat aan de bovenstaande voorwaarde voldaan is. In het algemeen zal dus de gelijk nul gestelde vorm (10) R2(D'2—DD") R(ED"—2FD' GD) {F2—EG) o (12) wegens het positief zijn van de discriminant twee reële wortels R1 en R2 hebben. ƒ72p Q CQƒ72 Daar (4): R1 R2 - D>s_Djy Djr_D^>°- hebben R1 en R2 dus hetzelfde teken. De ontbinding van (10) kan nu geschreven worden als (13) Reële waarden voor p worden slechts verkregen als de vorm onder het wortelteken in (9) positief is. Nemen we aan dat Rj R2 is, dan volgt uit (13), dat dit het geval is als R2 g R g R1(14) zodat R gelegen is tussen Rx als maximum- en R2 als minimum waarde.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1952 | | pagina 8