309
den minder tijd vergen dan een directe oplossing; het voordeel zal
eerder liggen in de mogelijkheid van verdeling der werkzaamheden over
een aantal personen.
Resumerendeeen belangrijke verhandeling in een belangrijke serie
publicaties, hoewel eerder van belang in praktisch dan in theoretisch
opzicht. W. Baarda
Deutsche Geodatische Kommission bei der Bayerischen Aka-
demie der Wissenschaften. Veröffentlichung nr. i. Reihe A: Höhere
Geodasie. 32 blz., 20,5 X 29,5 cm. Bamberger Verlagshaus Meisenbach
Co. Bamberg 1951.
Deze nieuwe serie publicaties, waarvan hier de eerste besproken zal
worden, is in zekere zin de voortzetting van de serie publicaties (de
bekende groene boekjes) van het Institut für Angewandte Geodasie
(vroeger: Institut für Erdmessung) te Frankfurt a.M., in welke serie
nr. 15 als laatste zal verschijnen. In de nieuwe serie zullen de onder
zoekingen gepubliceerd worden van het nog op te richten Deutsche
Geodatische Forschungsinstitut, waarin het Institut für Angewandte
Geodasie als Abteilung II is opgenomen. Het eerste nummer bevat
twee verhandelingen.
I A. Berroth, Direkte Messung der Laplaceschen Gleichung durch
gleichzeitige Beobachtung von Azhnutdifferenzen auf zwei Stationen
(blz. 5-26).
Zoals bekend, tracht men de invloed van de voortplanting van rich-
tingsfouten in driehoeksnetten kleiner te maken door het meten van
basissen en van azimuths door oriëntering op hemellichamen. Door de
optredende schietloodafwijking, gevolg van de afwijking van het phy-
sische aardoppervlak van de referentie-ellipsoïde, zijn deze azimuths
met nog onbekende „systematische" fouten behept.
Beschouw de puntenparen i, i' en k, k' met de astronomisch gemeten
azimuths A,ya resp. Aik'ahet astronomisch bepaalde lengteverschil
A \ka, de uit het driehoeksnet berekende azimuths A,??, en Akk'sen
lengteverschil de gemiddelde breedte (p,&. Stel nog AkkA#
A Aik. Dan luidt de voorwaarde van Laplace die in de plaats komt van
de azimuthvoorwaarde (X naar het Oosten positief geteld) met enige
benadering
A Aike A \ikg sm (pa A Aika A \ika sin <plVt D
De methode van Berroth levert nu direct een waarneming voor het
rechterlid van deze voorwaarde. Hiertoe maakt de auteur gebruik
van gelijktijdige waarnemingen van richtingen (aflezing op horizontale
rand) naar achtereenvolgens vier sterren in beide stations i en k en
wel sterren met azimuths van ongeveer 50 gr, 150 gr, 250 gr en 350 gr
hetzij azimuths van ongeveer o gr, 100 gr, 200 gr, 300 gr. Het pro
gramma is afgestemd op fotografische registrering van de aflezingen
voor de vastlegging van de momenten van waarneming wordt gebruik
gemaakt van verbindingen met een centrale kwartsklok. Het aantal her-