Electronische rekenmachines 50 overige hoofdstukken is alles wat voor niet zo diepgaande studie gemist kan worden, weggelaten, en ook is veel van het resterende eenvoudiger behandeld of opnieuw bewerkt. Dit betekent niet, dat de kwaliteit van dit leerboek er onder geleden heeft, verre van dathet is een zeer waardige telg van de wiskundeboekenfamilie-Wijdenes. Het spreekt haast vanzelf, dat zeer vele vraagstukken zijn opgenomen. Alleen is het jammer dat, terwille van de beperktere omvang, in het eerste hoofd stuk meteen al „werkstukken" aan de orde zijn. Voor bestudering van de stof die daaraan vooraf gaat, rechte lijn, hoeken, driehoek, congru entie, veelhoek en eenvoudigste eigenschappen van de cirkel, wordt verwezen naar de twee deeltjes „Nieuwe Schoolmeetkunde" van de zelfde schrijver. Eén troost is hierbij, dat men deze twee deeltjes, mits tegelijk besteld met het studieboek voor voortgezette studie, voor de prijs van één verkrijgt. Vergelijkt men de figuren voorkomende in „Molenbroek" met die in het nu besproken werk, dan valt dadelijk op, dat ze alle opnieuw getekend zijn. Het resultaat is zeer te roemen. Maar niet alleen hier door, ook door het andere lettertype, het niet met vette letter maar cursief zetten van dat waar de nadruk op moet vallen, geeft het een prettige indruk. Ook een voordeel is de doffe papiersoort waarvan gebruik gemaakt is. We kunnen de schrijver en de uitgever gelukwensen met deze nieuwe uitgave. Aansluitend aan deze bespreking wil ik gaarne de mogelijkheid aan grijpen een opmerking te maken. In de meetkunde wordt meer en meer van symbolen gebruik gemaakt. In aanraking komende met buitenlandse leerboeken treffen we voor dezelfde begrippen soms af wijkende symbolen aan. En in de landmeetkunde vinden we weer andere. Met name denk ik aan AB. In onze meetkundeboeken stelt dit een lijnstuk voor, in Frankrijk de lengte AB en in de landmeetkunde het argument van AB. Wat verwarrend Is dit niet een studie waard teneinde tot het doel te komen eenheid te brengen in het gebruik van symbolen C. A. C. B. Electronische rekenmachines worden telkens compacter, eenvoudiger en in staat tot meer samengestelde berekeningen. De „Maniac", ge bouwd door het Los Alamos Lab. der Universiteit van Californië meet slechts 3,6 X 0,75 X 1,8 m, wat het belangrijkste deel van het apparaat betreft. Deze is daar in Maart jl. in gebruik genomen. Een gelijksoor tige begint men thans in gebruik te stellen aan het Inst, for Advanced Study te Princeton en nog een dergelijke, de „Ordvac", is door de Universiteit van Illinois gebouwd voor het Lab. voor ballistisch speur werk te Aberdeen, Md. Latere toevoegingen aan de Maniac, zoals een extra magnetisch trommel„geheugen" en een photo-electrische strooklezer, zullen naar verwachting de snelheid en capaciteit vertienvoudigen. Zijn 40 5 cm- kathode-straalbuizen kunnen 1024 decimale getallen van 12 cijfers met hun tekens bergen. Het werktuig kan op eenvoudige wijze in enige

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1953 | | pagina 52