153
Na een voorwoord van de Minister van Landbouw en een inleiding
van het hoofd van de ruilverkavelingsdienst volgt de geschiedenis
van de ruilverkaveling in Beieren, die haar oorsprong vindt in de
Kemptener Vereiriódungen in de 16e eeuw. Van 1800 tot 1870 werden
vele vrijwillige ruilverkavelingen uitgevoerd. In 1887 kwam een ruil-
verkavelingswet tot stand. Dit is tevens het geboortejaar van de
Beierse ruilverkavelingsdienst. Deze wet is meermalen gewijzigd, voor
het laatst in 1937. Dit hoofdstuk wordt afgesloten met een statistisch
overzicht van de verrichte en nog te verrichten werkzaamheden, als
mede van de samenstelling van het personeel.
landmeters (en met een behoorlijke kadastrale inslag, zou ik willen
toevoegen) een grotere rol moet worden toebedeeld, volledig onder
schrijven.
In een aantal bijlagen worden o.m. de „Richtlijnen herverkaveling
en toewijzing" volledig weergegeven. Enkele afbeeldingen van een ver-
wervings- en toewijzingsprijzenkaart en een wederopbouwplan verdui
delijken de tekst. Een personen- en een uitgebreid zakenregister be
sluiten het boek.
Wij mogen de auteur, die door zijn functie als hoofd van het bureau
Toewijzing bij het Ministerie van Wederopbouw en Volkshuisvesting,
geheel met de achtergrond van deze ingewikkelde materie bekend is,
dankbaar zijn, dat hij zich tot het schrijven van dit wel zeer
nuttige werk heeft gezet.
Zutphen, December 1952. J. W. Hoving.
Die Flurbereinigung in Bayern, 177 blz., 10 kaarten, 17 X 24,5
cm. Uitgave van „Bayerischer Landwirtschaftsverlag München".
Van 4,6 millioen ha landbouwgrond komt 1 millioen ha niet in aan
merking voor ruilverkaveling; 0,5 millioen ha is verkaveld, zodat nog
3,1 millioen ha te verkavelen is. De prestatie in 1950 bedroeg 35000 ha,
in 1951 48000 ha. Het spreekt vanzelf dat men ook daar tracht de
prestaties op te voeren. Men stelt als doel 100000 tot 120000 ha per
jaar. Versnelling in de procedure en in de technische werkzaamheden
is bijna niet meer mogelijk. De enige oplossing ligt in de vermeerdering
van het personeel, waarbij de opleiding veel tijd eist. Om het gestelde
doel te bereiken moet de dienst van 900 tot 1800 man worden uitge
breid. Bij deze bezetting zijn ook de administratieve afdelingen inbe
grepen, die zich niet rechtstreeks met de ruilverkaveling bezighouden.
Bovendien verzorgt de dienst de voorbereiding. Het prestatiegetal van
66 ha per manjaar zal met ongeveer 30% verhoogd moeten worden om
vergelijkbaar te zijn met het Nederlandse prestatiegetal van 100 ha
per manjaar. Het Nederlandse gemiddelde ligt dus zeker niet ongunstig
ten opzichte van het Beierse, vooral wanneer men in aanmerking neemt,
dat de structuur van onze ruilverkavelingen ingewikkelder is.
In het hoofdstuk De techniek van de ruilverkaveling wordt gewezen
op het streven naar te grote nauwkeurigheid in de metingen. Hiervan
komt men langzamerhand terug. Vereenvoudigingen in de administra-