68 w. waarvan 23 in opleiding voor de velddienst; x de velddienst wordt mede uitgeoefend door personen uit de categorie tekenaars c.q. landmeetkundig-ambtenaren in opleiding (totaal 20) y- waarvan 20 in opleiding voor de velddienst. De taak die in 1889 aan de landmeetkundige dienst was toebedeeld wordt thans uitgevoerd door de gewone dienst, de dienst voor buiten gewoon landmeetkundig werk en in zekere zin door de bijhoudings- dienst der Rijksdriehoeksmeting. De taak die is opgedragen aan de ruilverkavelingsdienst bestond in 1889 nog niet. Wanneer daarom aan de hand van de gegevens uit bovenstaand overzicht wordt nagegaan, in hoeverre de personeelsbe zetting van de landmeetkundige dienst in de laatste 60 jaren is uitge groeid, moet hiervan het personeel van de ruilverkavelingsdienst worden 500 400 300 200 100 uitgezonderd. Deze groei wordt in bovenstaande grafiek weergegeven en tevens in vergelijking gebracht met de bevolkingsaanwas in Neder land. Deze vergelijking is logisch, omdat de parcellering van een be paald gebied met de bevolkingsdichtheid toeneemt, en het aantal per celen weer bepalend is voor de hoeveelheid kadastraal werk, dus voor de sterkte van het personeel. De curve van de bevolking is op een zodanige schaal aangebracht, dat zij in het jaar 1889 samenvalt met die van de personeelsbezetting, waardoor op een eenvoudige wijze is te constateren, dat het personeel niet in die mate is toegenomen als de bevolking. In 1952 is de toename ten opzichte van 1889 voor de bevolking 130 en voor het personeel 90 Dit laatste cijfer is iets te laag, omdat momenteel met een onder bezetting wordt gewerkt. Aan de andere kant staat de personeels-top in 1941 ten opzichte van de bevolking in een scheve verhouding, omdat bij het aantrekken van het ongeschoolde personeel voor de toen opge richte dienst voor buitengewoon landmeetkundig werk tevens de neven bedoeling heeft voorgezeten zoveel mogelijk jonge intellectuelen te werk te stellen. Dit surplus aan ongeschoolde arbeidskrachten is later groten deels uit de dienst verdwenen (zie blz. 76). Hiermede rekening hou-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1953 | | pagina 16