109
moet zijn gegevens op zo ruim mogelijke schaal beschikbaar stellen.
7. 'Coördinatie door centralisatie in de kartografie kan ten zeerste
worden bevorderd door uniformiteit in de opleiding van het hogere
en middelbare personeel.
8. Als zetel voor een zelfstandige Rijksdienst van het kadaster ver
dient Utrecht de voorkeur.
p. Voor de coördinatie van de diverse kartografische diensten in
Nederland ware de instelling van een overkoepelingsraad te over
wegen.
10. Invoering van een Rijksdienst van het kadaster is mogelijk bij
Koninklijk Besluit.
11. Het hoofdbestuur dient te bestaan uit
a. een hoofd van het dienstvak;
b. een centrale directie, gevormd door de huidige ingenieurs-verifi
cateur, die allen Utrecht als standplaats zouden moeten hebben.
12. Takken van dienst:
a. centrale dienst:
1. centraal teken- en rekenbureau,
2. opleidingsbureau,
J. reproductiebureau,
4. centrale werkplaats
b. bijhoudingsdienst met behoud van vier divisies
c. vernieuwingsdienst
d. geodetische dienst
e. dienst der ruilverkaveling.
ij. De ingenieurs-verificateur worden ook belast met het toezicht op
de bewaringen. Opheffing van enige kleine bewaringen verdient
overweging.
14. Het aantal bureau's voor vernieuwing dient geleidelijk opgevoerd
te worden.
15. Voor ruilverkaveling zijn provinciale bureau's te overwegen.
16. Wijziging in de titulatuur van het hogere personeel is gewenst.
ij. Wenselijk zijn gecombineerde bureau's van landmeetkundige dienst
en bewaring, onder één hoofd van dienst (geodetisch-ingenieur).
18. Het vakexamen voor landmeter dient afgeschaft te worden,
ip. De centrale opleiding van tekenaars moet gehandhaafd blijven.
Na de cursus eerst een jaar aanstelling tot adspirant-tekenaar. Dan
examen. Na enige jaren bevordering tot technisch ambtenaar 2e
klasse.
20. Gewenst is instelling van een centrale cursus voor technisch ambte
naar ie klasse met een landmeetkundige en een rekenkundige rich
ting.
De tegenwoordige Commissie vindt het gewenst hieraan de volgende
correcties en aanvullingen toe te voegen.
ad 4. De huidige Commissie heeft hierover een andere mening, voor
welker argumentering wordt verwezen naar blz. 62 tot 65, waar
tevens een doelstelling is geformuleerd.
