139 d. Kaartering. LDe indeling van de nieuwe bladen en het vaststellen van de schalen. T. Het kaarteren van net-, veelhoeks-, grens- en detailpunten. L. Het controleren van de kaartering. T. Het nummeren van de percelen. T. Het in inkt zetten en beschrijven en het afwerken van de plans. e. Grootteberekening. *T. De berekening van de plans en percelen. L. Het controleren van de berekeningen en het vaststellen van de grootten van de percelen, na vereffening met de totale blad- inhoud. f. Administratieve verwerking. T. Het opmaken van de hulpkaarten. T. Het afwerken van de veldwerken. T. Het opmaken van de staten 75. T. Het vervaardigen van de benodigde kopieën van de plans. L. De controle op deze werkzaamheden. B ij h o u d i n g. a. Meting. L. De voorbereiding van de metingen. L. Het in ontvangst nemen van de aanwijzing en het voeren van besprekingen met partijen. A. Het opmeten van nieuwe scheidingen en gebouwen, indien deze meting van eenvoudige aard is. L. De controle op deze metingen. b. Afwerking. T. Het kaarteren van de veranderingen en het opmaken van de hulpkaarten. L. Het nemen van een beslissing inzake redres of verwijzing. T. De grootteberekening. L. Het vaststellen van de grootten van de percelen. T. Het opmaken van de staat 75. T. Het afwerken van het veldwerk. L. De controle op de kaartering, berekening en overige werkzaam heden. L. Het behandelen van bezwaarschriften en het geven van inlich tingen. c. Periodieke werkzaamheden. T. De bijwerking van de plans. T. De controle op de bijwerking. d. Particulier werk en bijzondere opdrachten. L. Het op aanvrage uitzetten van verloren gegane grenzenhet aanwijzen ervan aan partijen en het verzekeren van deze grenzen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1953 | | pagina 87